Om de handeling te vereenvoudigen, verplaatst u de rugleuning van
het autostoeltje omhoog.
HET AUTOSTOELTJE BEVESTIGEN VAN 9 TOT 18 KG (Fig.12-14)
(Toepassingsveld van ongeveer 9 maanden tot 4 jaar)
Controleer dat beide Isofix koppelstukken goed zijn geplaatst en
vastgemaakt.
Haal de autogordels door de twee openingen in het onderste
gedeelte van de rugleuning van het stoeltje.
Haal het buik- en het diagonale gedeelte van de autogordel door de
gordelgeleiding in de armleuning aan de kant die zich in de buurt
van de gesp van de autogordel bevindt.
Draag uw autogordel.
Verzeker u ervan dat geen gedeelte van de autogordel wordt
verdraaid of geblokkeerd en dat de hoes van het stoeltje de
beweging of de juiste plaatsing van de autogordel niet beperkt.
Span het diagonale gedeelte van de gordel door het naar boven te
trekken tot alle speling is opgeheven, zodat het stoeltje stevig op de
autozitting vastzit.
DE VEILIGHEIDSGORDEL AFSTELLEN (Fig.15)
Een juiste afstelling van de gordel biedt maximale bescherming voor
het kind.
Het stoeltje is voorzien van een gebruiksvriendelijke gesp, die deel
uitmaakt van de groep veiligheidsgordels.
Zet het kind in het stoeltje. Laat de gordels van het stoeltje over de
schouders (1) en boven het bekken (2) lopen.
De gesp moet zich tussen de benen van het kind bevinden (3).
De gordels omdoen (Fig.16)
Verbind het rechter verbindingsstuk met het linker en steek ze
vervolgens in de gespbehuizing tot ze op hun plaats klikken.
Het geluid van de klik geeft aan dat de sluiting correct heeft
plaatsgevonden.
Om de veiligheidsgordel los te maken, drukt u de knop van de gesp
omlaag.
De gordel spannen (Fig.17)
59