3.3. Accukeuze
Het laadalgoritme van de lader moet passen bij het accutype dat is aangesloten op de lader. De volgende tabel toont alle voor
gedefinieerde accutypes die in het laadalgoritme-keuzemenu ter beschikking staan.
# Beschrijving
1 Gel Victron long life (OPzV)
Gel exide A600 (OPzV)
Gel MK
2 Fabrieksinstelling
Gel Victron deep discharge, Gel Exide A200
AGM Victron deep discharge
Vaste buisjesplaataccu (OPzS)
Rolls Marine (nat), Rolls Solar (nat)
3 AGM spiraalcelaccu's
Rolls AGM
4 PzS buisjesplaat-tractieaccu's of
OPzS accu's in cyclisch bedrijf 1
5 PzS buisjesplaat-tractieaccu's of
OPzS accu's in cyclisch bedrijf 2
6 PzS buisjesplaat-tractieaccu's of
OPzS accu's in cyclisch bedrijf 3
7 Lithium-ijzerfosfaat (LiFePO
8 Regelbaar: de maximale laadstroom en de
absorptielaad-, druppellaad-, opslaglaad- en
egalisatiespanningen kunnen in het setup-
menu worden aangepast
9 Voedingsmodus
3.4. Voedingsmodus
De lader kan worden ingesteld om te werken als DC-stroomvoorziening.
In deze modus functioneert de lader als een constante spanningsbron:
1. een regelbare uitgangsspanning van 8,0 tot 15,9 V (12V-type) resp. 16,0 tot 31,8 Volt (24V-type)
2. een maximale uitgangsstroom van 60 A (12V-type) resp. 30 A (24V-type).
3.5. Temperatuurcompensatie (dV/dT)
De temperatuursensor moet worden aangesloten op de plus- of minpool van de accu.
De temperatuurcompensatie is een vaste instelling, zie tabel en fig. 7, en is van toepassing op alle laad statussen.
De temperatuursensor moet worden geïnstalleerd als:
-
verwacht wordt dat de omgevingstemperatuur van de accu lager is dan 15 °C of regelmatig 30 °C gaat
overschrijden
-
de laadstroom hoger is dan 15 A per 100 Ah accucapaciteit
Voor li-ion-accu's is geen temperatuurcompensatie nodig.
3.6. Power Control – Maximaal benutten van beperkte walstroom
Er kan een maximale netstroom worden ingesteld om onderbreking van een externe zekering in de netvoeding te voorkomen.
Absorptiel. Druppell. Opslagl.
Een-
heid
12 V
24 V
12 V
24 V
12 V
24 V
12 V
24 V
12 V
24 V
12 V
24 V
) accu's
12 V
4
24 V
12 V
Regelb.
24 V
Regelb.
12 V
24 V
7
V
V
V
14,1
13,8
13,2
28,2
27,6
26,4
14,4
13,8
13,2
28,8
27,6
26,4
14,7
13,8
13,2
29,4
27,6
26,4
14,1
13,8
13,2
28,2
27,6
26,4
14,4
13,8
13,2
28,8
27,6
26,4
15
13,8
13,2
30
27,6
26,4
14,2
n.v.t.
13,50
28,4
n.v.t.
26,7
Regelb.
Regelb.
Regelb.
Regelb.
12,0
n.v.t.
n.v.t.
24,0
n.v.t.
n.v.t.
Egalisatiel.
dV/dT
Max. V bij % van Inom
mV/°C
15,9 @ 6 % max. 1 uur
-16
31,8 @ 6 % max. 1 uur
-32
15,9 @ 6 % max. 1 uur
-16
31,8 @ 6 % max. 1 uur
-32
15,9 @ 6 % max. 1 uur
-16
31,8 @ 6 % max. 1 uur
-32
15,9 @ 6 % max. 4 uur
-16
31,8 @ 6 % max. 4 uur
-32
15,9 @ 6 % max. 4 uur
-16
31,8 @ 6 % max. 4 uur
-32
15,9 @ 6 % max. 4 uur
-16
31,8 @ 6 % max. 4 uur
-32
n.v.t.
n.v.t.
Regelb. @ 6 %
Regelb.
max. 4 uur
Regelb. @ 6 %
Regelb.
max. 4 uur
n.v.t.
n.v.t.
0
0
0
0