Handmatige configuratie
●
U kunt DHCP kiezen (waarmee het IP-adres automatisch wordt toegewezen) of het IP-adres
zelf invoeren.
Wanneer u de handmatige instelling voor de bekabelde verbinding selecteert, dient u het
volgende in te voeren:
1. SSID (de naam van het toegangspunt);
2. IP-adres;
3. Subnetmasker;
4. Standaard toegangspoort;
5. Gewenste DNS-server;
6. Alternatieve DNS-server.
Kies voor (Beheer) specifiek netwerk als u meer dan één netwerkverbinding binnen een
gebied wilt instellen.
Controleer netwerk bij het inschakelen
●
Schakel wifi of bedraad netwerk in/uit.
Wanneer u het wifi-netwerk inschakelt, zal het systeem automatisch naar de
beschikbare AP zoeken. Selecteer uw gewenste AP.
OK WEP- of WPA-code om verbinding te maken met de wifi.
Als de draadloze netwerkverbinding niet bestond of is mislukt, dan staat er een kruis op
het icoon in de linker bovenhoek. Wanneer u het bekabelde netwerk inschakelt, zal het
systeem een verbindingscontrole uitvoeren.
PIN voor app instellen
●
Schakel de pincode voor de app in of uit, indien ingeschakeld, zal "237992" worden
weergegeven.
71