Deze kettingzaag moet in elkaar worden gezet.
1
Schroef de aanspanmoeren van het kettingwieldeksel en verwijder het
kettingwieldeksel.
2
De zaagketting moet in de richting van de kettingrotatie wijzen. Indien deze
andersom wijst,draait u de ketting om.
3
Plaats de kettingschakels in de groeven van het zwaard.
4
Plaats de ketting zo dat er achteraan het zwaard een lus is.
5
Houd de ketting op zijn plaats op het zwaard en plaats de lus rond de
omkeerster en zorg ervoor dat deze juist wordt gemonteerd Zorg ervoor dat
de geleideropening goed met de bouten past voor de kettingzaagspanning.
6
Plaats het kettingwieldeksel terug, draai de afstelbout van de kettingspanning
in de richting van de wijzers van de klok tot de kettingzaagmachine correct
is aangespannen. Het zwaard moet dan omhoog worden geduwd, de
kettingspanning opnieuw gecontroleerd, span de ketting niet te strak aan.
7
Nadat de ketting goed is aangespannen, spant u de moeren opnieuw aan.
Opmerking: de zaagketting is voldoende aangespannen als het midden van de
zaag 3 tot 4 mm van de bovenste rand kan worden opgetild. Wanneer u de zaag
opnieuw start met een nieuwe zaagketting, laat deze dan 2 à 3 minuten draaien.
Stofdeksel /Batterijpack Verwijderen
Instal Verwijderen
(zie afb. 2)
1
Lijn het batterijpack af met het batterij-compartiment op de kettingzaag.
2
Neem de kettingzaag stevig vast.
3
Druk het batterijpack in het batterijcom-partiment tot de sluiting op zijn
plaats vastklikt.
4
U hoort een "klik" wanneer de batterij is geinstalleerd.
Batterijpack Verwijderen
(zie afb. 2)
1
Druk op de batterijontgrendelknop op de kettingzaag.
2
Neem de kettingzaag stevig vast en trek het batterijpack uit het handvat.
Werking
Voor elk gebruik kettingspanning controleren
•
Trek de ketting in het midden onderaan het zwaard weg van het zwaard. De
opening tussen de zaag in de ketting en het zwaard moet tussen de 3 en 4
mm bedragen.
•
Als u de kettingspanning moet aanspannen, raadpleeg dan het hoofdstuk
"KETTINGSPANNING AFSTELLEN" verder in deze gebruiksaanwijzing.
Om terugslag te vermijden, volgt u deze veiligheidsrichtlijnen:
•
Zaag nooit met de top van het zwaard! Wees voorzichtig wanneer u verder
zaagt in een snede die u al voordien maakte!
•
Start altijd te zagen met een kettingzaag die al draait.
•
Zorg ervoor dat de zaagketting altijd goed is geslepen.
•
Zaag nooit door meer dan één tak tegelijk! Wanneer u takken snoeit, wees
dan voorzichtig en raak geen andere takken.
•
Wanneer u kortzaagt, let er dan op dat de stammen erg dicht bij elkaar
staan. Gebruik indien mogelijk een zaagtafel.
Kettingolie controleren
Controleer de hoeveelheid olie in de kettingzaag door de oliepeilmeter af te lezen.
Indien het oliepeil zich binnen het laatste derde van de oliepeilmeter bevindt,
volgt u de stappen in het hoofdstuk "KETTING EN ZWAARD SMEREN" in deze
gebruiksaanwijzing.
Kettingzaag vasthouden
(zie afb. 8)
Houd de kettingzaag altijd vast met uw rechterhand aan het achterste handvat
en uw linkerhand aan het voorste handvat. Houd beide handvatten vast zodat
duimen en vingers rond de handvatten grijpen. Zorg ervoor dat uw linkerhand het
voorste handvat vasthoudt zodat uw duim zich onderaan bevindt.
Voorbereidingen voor gebruik
1
Voor u begint te werken, moet u het accupack in de machine installeren.
2
Druk op de aan/uit-knop.
3
Druk de inschakel-beveiliging in en druk dan op de aan-/uitschakelaar.
(zie afb. 1)
93
cramer.eu
NL