De boor/beitel aanbrengen en
verwijderen
Reinig het uiteinde van de schacht van de boor/
beitel en smeer het met vet voordat u de boor/beitel
aanbrengt.
► Fig.7: 1. Uiteinde van de schacht van de boor/beitel
2. Smeren
Breng de boor/beitel aan in het gereedschap. Draai de
boor/beitel en duw hem naar binnen tot hij vergrendelt.
Controleer na het aanbrengen van de boor/beitel altijd
of de boor/beitel stevig in het gereedschap is bevestigd
door te proberen hem eruit te trekken.
► Fig.8: 1. Boor/beitel
Om de boor/beitel te verwijderen, trekt u de boorkopmof
helemaal omlaag en trekt u de boor/beitel eruit.
► Fig.9: 1. Boor/beitel 2. Boorkopmof
Beitelhoek (bij beitelen, bikken of
slopen)
De beitel kan onder de gewenste hoek worden vast-
gezet. Om de beitelhoek te veranderen, draait u de
werkingsfunctiekeuzeknop naar het symbool O. Draai
de beitel naar de gewenste hoek.
► Fig.10: 1. Werkingsfunctiekeuzeknop
Draai de werkingsfunctiekeuzeknop naar het sym-
bool
. Controleer daarna of de beitel stevig op zijn
plaats vastzit door deze iets te verdraaien.
Dieptemaat
De dieptemaat is nuttig voor het boren van gaten van
gelijke diepte. Draai de vingerschroef los en stel de
dieptemaat in op de gewenste diepte. Na het afstellen,
draait u de vingerschroef stevig vast.
► Fig.11: 1. Vingerschroef 2. Dieptemaat
OPMERKING: De dieptemaat kan niet worden
gebruikt in de positie waarbij deze het tandwiel- of
motorhuis raakt.
BEDIENING
LET OP:
Gebruik altijd de zijhandgreep (hulp-
handgreep) en houd het gereedschap tijdens het
gebruik stevig vast bij zowel de zijhandgreep als
de hoofdhandgreep.
LET OP:
Zorg er altijd vóór gebruik voor dat
het werkstuk stevig vast staat.
► Fig.12
Gebruik als hamerboor
LET OP:
Op het moment dat het boorgat door-
breekt, het boorgat verstopt raakt met schilfertjes
of metaaldeeltjes, of de klopboor de bewapening in
het steen raakt, wordt een plotselinge en enorme
torsiekracht uitgeoefend op het gereedschap/boorbit.
Gebruik altijd de zijhandgreep (hulphandgreep)
en houd het gereedschap tijdens het gebruik ste-
vig vast bij zowel de zijhandgreep als de hoofd-
handgreep. Als u dit niet doet, kunt u de controle
over het gereedschap verliezen en mogelijk ernstig
letsel veroorzaken.
Draai de werkingsfunctiekeuzeknop naar het sym-
bool
.
Plaats de punt van de boor op de plaats waar u een gat
wilt boren en knijp dan de trekkerschakelaar in. Forceer
het gereedschap niet. Een lichte druk geeft de beste
resultaten. Houd het gereedschap zorgvuldig op zijn
plaats en zorg dat het niet uit het boorgat raakt.
Oefen niet méér druk uit wanneer het boorgat verstopt
raakt met schilfertjes of boorgruis. Laat daarentegen
het gereedschap "stationair" draaien en trek de boor
gedeeltelijk terug uit het boorgat. Door dit enkele malen
te herhalen, kunt u het boorgat gruisvrij maken, zodat u
het normale boren kunt hervatten.
OPMERKING: Terwijl het gereedschap onbelast
wordt gebruikt, kan de boor excentrisch draaien. Het
gereedschap centreert zichzelf automatisch tijdens
het gebruik. Dit heeft geen nadelige invloed op de
nauwkeurigheid van het boren.
Beitelen, bikken en slopen
Draai de werkingsfunctiekeuzeknop naar het sym-
bool
.
Houd het gereedschap met beide handen stevig vast.
Schakel het gereedschap in en oefen er enige kracht op
uit zodat het gereedschap niet oncontroleerbaar in het
rond springt.
Het gereedschap werkt niet efficiënter als u grote druk
op het gereedschap uitoefent.
► Fig.13
Boren in hout of metaal
LET OP:
Houd het gereedschap stevig vast en
let vooral goed op wanneer het boorbit door het
werkstuk heen breekt. Op het moment dat het boor-
gat doorbreekt wordt een enorme wringende kracht
uitgeoefend op het gereedschap/boorbit.
LET OP:
Een vastgelopen boorbit kan een-
voudig verwijderd worden door de draairichting te
veranderen met de omkeerschakelaar, om zo het
boorbit eruit te draaien. Houd het gereedschap
daarbij wel stevig vast, want er is kans op een
plotselinge terugslag.
LET OP:
Zet het werkstuk altijd vast in een
bankschroef of soortgelijke klemvoorziening.
26 NEDERLANDS