glansspoelmiddel zullen op het moment van inwerkingstelling weer in de reservoirs moeten worden gestoken, waarbij u ervoor
moet opletten dat u ze niet verwisselt (rode slang = afwasmiddel; blauwe slang = glansspoelmiddel). Laat de vaatwasser niet
voor een langere periode ongebruikt aan staan.
PROBLEEM
HET CONTROLELAMPJE
GAAT NIET BRANDEN
HET WASPROGRAMMA
START NIET
SLECHTE
WASRESULTATEN
SPOELEN ONVOLDOENDE
GLAZEN EN BESTEK
HEBBEN VLEKKEN
WATER IN DE KUIP NA HET
LEEGPOMPEN
16
7- FOUTMELDINGEN EN STORINGEN (GEBRUIKER)
MOGELIJKE OORZAAK
Geen netvoeding
De vaatwasser is nog niet
helemaal gevuld met water.
Gaatjes van de sproeiers
verstopt
Onvoldoende of niet geschikt
afwasmiddel of
glansspoelmiddel
Borden/glazen niet goed
ingeruimd
Lage wastemperatuur
Niet geschikte wascyclus
ingesteld
Gaatjes sproeiers verstopt
Boiler verstopt met kalksteen
Niet goed of slecht gedoseerd
glansmiddel.
Hardheid water hoger dan
12°dF of te veel zout opgelost
Afvoerslang slecht geplaatst of
gedeeltelijk verstopt.
Afvoerpomp geblokkeerd
MOGELIJKE OPLOSSING
Controleer de aansluiting op het elektriciteitsnet
Wacht tot het lichtje bij de boiler indicatie uitgaat
De sproeiers demonteren e schoonmaken
(7.2 Periodieke controles)
Controleer soort en hoeveelheid afwasmiddel.
Leg borden en glazen op een correcte wijze in
Controleer de op de display weergegeven
temperatuur. Waarschuw de technische dienst
indien lager dan 50°C.
Verleng de duur van de wascyclus, vooral indien
het serviesgoed zeer vies is of bij aanwezigheid
van gedeeltelijk opgedroogde eetresten.
Zorg dat de sproeiers schoon zijn en controleer
de werking van de eventueel ingebouwde
waterontharder
Controleer de glansspoelmiddelreservoir en de
geschiktheid ervan voor het soort water van het
waterleidingnet.
Wendt u zich tot de service dienst wanneer het
probleem aanhoudt.
Controleer of de slang en de afvoer van de
vaatwasser niet zijn verstopt en of de
afvoer niet te hoog is aangebracht; zie de
afbeelding van het aansluitschema. Neem
contact op met servicedienst
NL