Let op:
1. Test uw rookmelder NIET met een open vlam. Dit kan de rookmelder beschadigen en
brand veroorzaken.
2. Ga NIET dicht bij de rookmelder staan wanneer de rookmelder afgaat. Blootstelling
kan schadelijk zijn voor uw gehoor.
3. Maandelijkse test: test deze rookmelder minimaal één keer per maand.
LED-indicatoren
1. Normale status: Groene LED knippert eenmaal per 60 seconden.
2. Teststatus: Rode LED knippert eenmaal per seconde.
3. Stilte/Stilte-modus: Rode LED knippert eenmaal per 8 seconden.
4. Status batterij bijna leeg: Rode LED knippert elke 60 seconden en 1 pieptoon elke 60 seconden.
5. Storingsstatus: De rookmelder piept elke 40 seconden.
Stilte modus
Wanneer de rookmelder afgaat, kunt u op de testknop drukken om het alarmsignaal gedurende ca. 10 minuten te
onderdrukken. Tijdens deze stille modus knippert de rode LED eenmaal per 8 seconden. De stiltefunctie mag alleen
worden gebruikt als de bron van het alarm bekend en veilig is. De rookmelder wordt automatisch gereset na
ongeveer 10 minuten.
Let op:
Identificeer, voordat u de alarmonderdrukkingsmodus gebruikt, de bron van de rook en
zorg ervoor dat er een veilige omgeving is.
12