8. Inbedrijfstelling
8.1 Voorwaarden voor het juist functioneren van de CO
■ Zorg dat het apparaat niet bedekt wordt, zodat de luchtkwaliteit gemeten kan worden.
■ Zorg voor voldoende luchttoevoer. Open hiervoor bijvoorbeeld een klapraam of aan
wezige ventilatieroosters in de ramen, kozijnen of schuifpui.
■ De ventilatiestand kan niet op elk apparaat handmatig worden aangepast. Dit is niet
mogelijk op een CO
sensor.
8.2 Ventilatiestand instellen
Figuur 8.1 Voorzijde CO
1. Druk kort op de bedieningsknop om een ventilatiestand te selecteren.
2. Herhaal stap 1 totdat de ledjes rechts van de gewenste ventilatiestand branden.
Wanneer de ventilatiestand op tijdelijk handmatig wordt gezet, wordt de ventilatie
op basis van de maximale CO
keld. Dit hangt af van de instellingen op de ventilatieunit, zie de handleiding van de
ventilatieunit.
Wanneer alle ledjes uit zijn: druk kort op de bedieningsknop.
Indien alleen de CO
ingestelde maximale CO
Indien bij de CO
van de ventilatiestanden, regelt het apparaat de ventilatie op basis van de gemeten
CO
concentratie tussen de ingestelde en de maximale ventilatiestand.
2
22 - NL
Sensor (type C of 010V) die door de installateur is ingesteld als
2
Sensor
2
waarden gedurende maximaal 12 uur uitgescha
2
led brandt regelt het apparaat de ventilatie op basis van de
2
waarden.
2
Sensor type C de CO
2
Sensor
2
Legenda
1. Bovenste led
2. Middelste led
3. Onderste led
4. Bedieningsknop
5. CO
led brandt en ook één of meerdere ledjes
2
led
2