5461550-Tischkreis-man.qxd
Afstelling van de hoekvoorziening
(Afb. 7)
Met behulp van een winkelhaak zoals
hierboven beschreven de exacte 0/90°-
positie van het zaagblad bepalen. Draai
de bout van de hoekmarkering (17) los
en stel de pijl op 0/90° in. Bout goed
vastdraaien.
8 – Gebruik
Vóór het in gebruik nemen
• De machine moet stabiel worden
opgesteld, d.w.z. op een werkbank, of
vast onderstel worden vastgeschroefd.
• Vóór het in gebruik nemen moeten
alle afdekkingen en veiligheids-
inrichtingen volgens de voorschriften
zijn gemonteerd.
• Het zaagblad moet vrij kunnen draaien.
• Bij reeds bewerkt hout op vreemde
voorwerpen zoals bv. spijkers of
schroeven, scheuren of voegen enz.
letten.
• Voordat u de Aan-/Uitschakelaar
indrukt, overtuigt u zich of het
zaagblad goed is gemonteerd en
beweegbare onderdelen soepel
bewegen.
• Overtuigt u zich voor het aansluiten
van de machine, of de gegevens op
het typeplaatje met de gegevens van
het stroomnet overeenstemmen.
Aan-/Uitschakelen (afb. 8)
Sluit de stekker op een stopcontact met
randaarde aan. Dit moet via een zekering
bv. in de aansluitkast beveiligd zijn. Als
124
27.03.2009 14:43 Uhr
All manuals and user guides at all-guides.com
Seite 124
een verlengkabel nodig is, let er dan op
dat bij een kabellengte tot 20 m altijd
een kabel met doorsnede 1,5 mm
gebruikt.
• Machine inschakelen: De groene
knop "I" indrukken
• Machine uitschakelen: De rode
knop "O" indrukken
9 – Werkwijze
Werken met de cirkelzaagbank
1. Schuif het werkstuk voorzichtig met
passende druk tegen het zaagblad.
2. De maximale dikte van het te zagen
materiaal mag niet meer dan 40 mm
bedragen.
3. Om te voorkomen, dat het werkstuk
breekt of draait, drukt u het met de
handen krachtig op de zaagtafel en
schuift u het langzaam naar het
zaagblad.
4. Gebruik alleen een scherp zaagblad,
in geen geval mogen beschadigde of
vervormde zaagbladen worden
gebruikt. Er mogen alleen door de
fabrikant aanbevolen zaagbladen
worden gebruikt.
5. Vermijd overbelasting van de
machine. Het zaagblad moet altijd
met het volle toerental zagen. Schuif
daarom het te zagen materiaal met
gelijkmatige aanvoerbeweging, zonder
grote druk, naar voren.
6. Schuif bij het zagen van zeer smalle
werkstukken (breedte minder dan
30 mm) het werkstuk met een
schuifhoutje (wordt niet meegeleverd)
2
wordt