Mhouse R2 Manual De Instrucciones página 8

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 7
Radio-ontvangers "R2"
Aanbevelingen
• Controleer alvorens met de installatie te beginnen of de ontvanger geschikt is voor
de toepassing in kwestie en let vooral op de gegevens vermeld in het hoofdstuk
"Technische eigenschappen". MHOUSE is niet aansprakelijk voor schade wanneer
het product wordt gebruikt voor doeleinden die afwijken van wat in deze handlei-
ding voorzien is.
• Zorg ervoor dat de ontvanger niet nat kan worden en houd hemr uit de buurt van
relevante warmtebronnen en open vuur. Mocht dat toch het geval geweest zijn,
stop er dan onmiddellijk mee de ontvanger te gebruiken en wend u tot de klan-
tenservice van MHOUSE.
• Bij installeringswerkzaamheden dient het apparaat van de stroomvoorziening los-
gekoppeld te zijn
Beschrijving en gebruiksbestemming
De ontvanger R2 in combinatie met een zender TX4 stelt u in staat elektrische appa-
raten zoals bijvoorbeeld besturingseenheden voor hekken of dergelijke automatise-
ringen op afstand te bedienen. De ontvanger beschikt over 2 uitgangen met een nor-
maal open relaiscontact "NA". Wanneer de zender een "signaal" verstuurt dat als gel-
dig wordt herkend, zorgt de ontvanger voor activering van het desbetreffende uit-
gangsrelais (het contact gaat dicht). Het relais wordt gedesactiveerd zodra de zen-
der het radiosignaal niet meer verstuut.
Installatie
Ontvanger
De ontvanger R2 (afb.1) kan universeel gebruikt worden. Het omhulsel biedt een
essentiële en doelmatige bescherming van het circuit; hij kan op de bodem worden
vastgeplakt.
Keuze van de stroomvoorziening
De spanning van de stroomvoorziening van de ontvanger is 24V, maar u kunt de R2
ook aansluiten op een stroomvoorziening van 12V. Hiervoor behoeft u alleen maar
de daarvoor bestemde brugverbinding aan te brengen zoals dat op afb.2 te zien is,
Tabel 1
Brugverbinding niet aangebracht 24 Vac/dc Spanningslimieten: 18÷35Vdc, 15÷28Vac
Brugverbinding aangebracht
12 Vac/dc Spanningslimieten: 10÷18Vdc, 9÷15Vac
Elektrische aansluitingen
De ontvanger gebruikt voor de geleiders van de verschillende aansluitingen verschil-
lende kleuren (afb.3):
Tabel 2
Rood/Zwart,
STROOMVOORZIENING Rood = Plus, Zwart = Min
Wit/Wit
UITGANG 1e RELAIS
Paars/Paars
UITGANG 2e RELAIS
Klemmen 1, 2 Ingang ANTENNE
Antenne
De ontvanger R2 wordt geleverd met een interne antenne (het stuk draad dat al op
klem 2 is aangesloten); maar om betere prestaties te verkrijgen kunt u de ontvanger
ook op een externe antenne aansluiten bijvoorbeeld de antenne die in het waar-
schuwingslicht FL1 Mhouse aanwezig is. De antenne moet zo hoog mogelijk geïn-
stalleerd worden; indien er structuren van metaal of gewapend beton aanwezig zijn,
dient u de antenne zo te monteren dat deze hierboven uit komt. Een coaxiale kabel
te gebruiken (bijvoorbeeld RG58) . De kabel mag niet langer dan 5m zijn. Sluit het
middelste gedeelte op klem 2 aan en het omhulsel op klem 1.
Geheugenopslag van de zender
Om een zender een ontvanger te laten aansturen, dient de zender in het geheugen
opgeslagen te worden.
Indien u een nieuwe radiozender wilt opslaan, kunt u uit twee mogelijkheden kiezen:
• Modus 1: in deze "modus" wordt de hele radiozender gebruikt, d.w.z. alle toet-
sen voeren de opdracht van de overeenkomende uitgang uit.
In "modus 1" zijn de opdrachten als volgt aan de 4 toetsen (afb. 4) toegekend:
Tabel 3
Zender
Radio-ontvanger
Toets T1
Activering relais uitgang nr. 1
Toets T2
Activering relais uitgang nr. 2
Toetsen T3 en T4 worden niet gebruikt
Technische eigenschappen
R2 wordt vervaardigd door NICE S.p.a. (TV) I, MHOUSE S.r.l. is een onderneming
van de groep NICE S.p.a. Teneinde haar producten steeds meer te vervolmaken
behoudt NICE S.p.a. zich het recht voor op elk gewenst moment en zonder voor-
bericht wijzigingen in haar producten aan te brengen, waarbij functionaliteit en
gebruiksbestemming echter gehandhaafd blijven.
N.B.: alle technische kenmerken hebben betrekking op een temperatuur van 20°C.
Ontvangers R2
Typologie: Radio-ontvanger voor aansturing van automatismen voor hekken,
automatische deuren en dergelijke
Toegepaste technologie: Ontvangst en decodering van radiosignalen die door
zenders worden uitgezonden. Activering van uitgangsrelais alleen wanneer er
overeenkomst bestaat met een eerder in het geheugen opgeslagen code en cor-
rect gesynchroniseerd is.
Mogelijkheid van afstandsbediening: Met zenders TX4
Codering: Rolling code met 64bits-code (18 triljoen combinaties)
Aantal zenders TX4 dat in het geheugen kan worden opgeslagen:
Maximaal 256 bij geheugenopslag in modus 1
(bij wisselstroom maakt dat geen verschil)
Spanningsvrij contact van een normaal
open relais
Spanningsvrij contact van een normaal
open relais
Antenne (klem 1=omhulsel, klem 2= kern)
• Modus 2: in deze modus kan aan elke toets één van de 2 uitgangen van de ont-
vanger gekoppeld worden. Indien u deze modus goed gebruikt, kunt u met dezelf-
de zender TX4 2 of meerdere verschillende ontvangers bedienen; bijvoorbeeld
toets T1 activeert uitgang nr. 1 op ontvanger A; toets T2 activeert uitgang nr. 1 op
ontvanger B; toets T3 activeert uitgang nr. 2 op ontvanger A; toets T4 activeert uit-
gang nr. 1 op ontvanger C. Natuurlijk is geheugenopslag van iedere zender een
geval op zich en kunnen in dezelfde ontvanger sommige zenders in "modus 1" en
andere in "modus 2" opgeslagen worden.
Let op: omdat de procedures voor geheugenopslag aan tijd (maximaal 10 secon-
den voor elke fase) gebonden zijn moet u eerst de aanwijzingen in de volgende para-
graaf doorlezen en daarna tot uitvoering daarvan overgaan.
Geheugenopslag van de zender in "modus 1"
1. Druk tenminste 3 s op toets P1 [H] van de ontvanger (zie afb.5); laat de toets los
wanneer het ledlampje P1 [I] gaat branden.
2. Druk binnen 10s tenminste 2s op een willekeurige toets van de radiozender die in
het geheugen opgeslagen moet worden. Indien de geheugenopslag goed ver-
lopen is, gaat het ledlampje P1 3 keer knipperen.
3. Indien er nog meer afstandbedieningen opgeslagen moeten worden, dient u nog-
maals stap 2 binnen 10 s uit te voeren; anders wordt de de fase van geheugen-
opslag automatisch beëindigd.
Geheugenopslag van de zender in "modus 2"
Wanneer de radiozender in „modus 2" in het geheugen is opgeslagen, kan er aan
elke toets één van de volgende twee uitgangen van de radio-ontvanger gekoppeld
worden (zie tabel 4). In "modus 2" is er voor elke toets een eigen opslagfase nodig.
1. Druk zoveel keer op toets P1 [H] van de ontvanger (zie afb. 5) als voor de gewen-
ste opdracht nodig is, en kijk daarvoor op onderstaande tabel (b.v. 2 voor
"Activering uitgang nr. 2):
Tabel 4
Toets P1
Radio-ontvanger
1 maal
Activering uitgang nr.1
2 maal
Activering uitgang nr.2
3 maal
Niet gebruikt
4 maal
Niet gebruikt
2. Controleer of het ledlampje P1 [I] op afb.5 zoveel keer knippert als met de gese-
lecteerde uitgang overeenkomt.
3. Druk binnen 10 s tenminste 2 s op de gewenste toets van de radiozender die in
het geheugen opgeslagen moet worden. Indien de geheugenopslag goed ver-
lopen is, gaat het ledlampje P1 3 keer langzaam knipperen.
4. Indien er voor hetzelfde type opdracht nog meer afstandbedieningen opgeslagen
moeten worden, dient u stap 3 binnen nog eens 10 s te herhalen; anders wordt
de fase van geheugenopslag automatisch beëindigd
Geheugenopslag op afstand
U kunt een nieuwe radiozender in het geheugen opslaan zonder rechtstreeks op de
toetsen van de radio-ontvanger te drukken. U dient dan over een functionerende
"OUDE" radiozender te beschikken, die reeds in het geheugen is opgeslagen.
De "NIEUWE" radiozender die opgeslagen moet worden, "erft" de kenmerken van de
OUDE. Indien de OUDE radiozender in modus 1 opgeslagen is, wordt dus ook de
NIEUWE in modus 1 opgeslagen. In dit geval kunt u tijdens de opslagfase op een wil-
lekeurige toets van de twee zenders drukken. Indien de OUDE radiozender "in modus
2" opgeslagen is, moet u op de OUDE radiozender de toets met de gewenste
opdracht indrukken en op de NIEUWE de toets die u aan die opdracht wilt koppelen.
Ga met de twee zenders binnen het bereik van de besturingseenheid of van de ont-
vanger staan en voer de volgende stappen uit:
1. Druk tenminste 5s op de toets van de NIEUWE zender en laat hem dan weer los.
2. Druk 3 keer langzaam op de toets van de OUDE zender
3. Druk 1 keer langzaam op de toets van de NIEUWE zender
Nu wordt de NIEUWE radiozender door de besturingseenheid of door de ontvanger
herkend en neemt hij de kenmerken van de OUDE over. Indien er nog andere zenders
opgeslagen moeten worden, dient u alle stappen voor elke nieuwe zender te herhalen.
Onderhoud en Afvalverwerking
Het systeem vereist geen enkel bijzonder onderhoud. Dit product bestaat uit ver-
schillende soorten materiaal, enkele daarvan kunnen hergebruikt worden; voor ande-
re is afvalverwerking vereist. Stel u op de hoogte van de systemen van recycling of
afvalverwerking en houd u daarbij aan de plaatselijk geldende voorschriften.
Let op: sommige elektronische componenten zouden vervuilende stoffen kunnen
bevatten. Laat ze niet in het milieu achter.
Ontvangstfrequentie: 433,92 Mhz
Ingang radio-antenne: 52 ohm voor een kabel van het type RG58 of dergelijke
Maximumlengte van de antennekabel: Minder dan 5m
Gevoeligheid van de ontvanger: Groter dan 0.5µV
Bereik van de zenders TX4: Geschat op 50-100m (dit bereik kan variëren indien
er obstakels en elektromagnetische storingen aanwezig zijn en wordt beïnvloed
door de stand van de ontvangstantenne)
Stroomvoorziening: zonder brug: 24V typisch (18÷35Vdc, 15÷28Vac)
met brug: 12V typisch (10÷18Vdc, 9÷15 Vac)
Opname in ruststand: 10mA (typisch bij 24Vac
Opname bij 1 geactiveerd relais: 50mA (maximaal bij 24Vac)
Uitgangsrelais: nr.2 met relaiscontact normaal open
Kenmerken relaiscontact: Maximaal 50V en 0,3A
Activeringstijd: circa 200ms
Desactiveringstijd: circa 300ms
Omgevings- en bedrijfstemperatuur: -10 ÷ 55°C
Gebruik in zure, zoute of potentieel explosieve atmosfeer: Nee
Beschermingsklasse: IP30D (gebruik in beschermde ruimten)
Afmetingen / gewicht: 86x57 h22mm, gewicht 55g
loading