Een roeraanzetstuk kiezen
De mixer kan worden gebruikt voor het
mixen en mengen van veel verschillende
materialen, waaronder cement, gips, verf of
specie. Controleer of het gekozen aanzetstuk
geschikt is voor de taak.
•
Gebruik het roeraanzetstuk type 'a' voor
vloeibare materialen, zoals verf en lichte
cementmengsels.
•
Gebruik het roeraanzetstuk type 'b' voor
kleverige materialen, zoals lichte specie,
plamuur en lijm/hechtmiddel.
•
Gebruik het roeraanzetstuk type 'c' voor
dikke materialen, zoals cement, zware
specie, gips en epoxyspecie. (De machine
wordt geleverd met een speciemixer.)
•
Gebruik het roeraanzetstuk type 'd' voor
materialen met lage viscositeit, zoals verf
en materialen op gipsbasis.
56
Gebruik
Draai het gekozen roeraanzetstuk (bijv. 9)
vast in het aansluitstuk (5) door middel van
de meegeleverde steeksleutel (8).
Selecteer een snelheid met de
versnellingsselector (4).
In de lage versnelling kan de rotatiesnelheid
ingesteld worden tussen 240 en 500 tpm.
In de hoge versnelling kan de rotatiesnelheid
ingesteld worden tussen 380 en 850 tpm.
Steek de stekker in het stopcontact en
schakel het apparaat in.
Houd beide handgrepen van de mixer vast
en laat het roeraanzetstuk in het te mengen
materiaal zakken.
De snelheid kan bepaald worden door aan
de variabele snelheidsselector (3) te draaien.
Druk eerst op de vergrendelknop (2) en
vervolgens op de aan-uitknop om de
machine te gebruiken.
Houd de twee knoppen tegelijkertijd
ingedrukt voor continu gebruik.
Laat de aan/uit-knop los om de mixer te
stoppen voordat u het roeraanzetstuk uit het
materiaal tilt.