50
MX/SX
M
nederlands
5. Elektrische aansluiting
De elektrische aansluiting moet door een gekwalifi-
ceerd elektriciën uitgevoerd worden. De aansluiting
moet conform de NEN 1010 en de plaatselijke voor-
schriften geschieden.
Bij hoge watertemperaturen (vanaf 80° C) overeenkomstige hitte-
bestendige aansluitkabel toepassen. De aansluitkabel mag leiding,
pomp- en motorhuis niet aanraken.
Let op de druipwaterdichte kabelinvoer voorzien van trekontlasting
bij kabelingang van klemmenkast.
Voorzekering:
Draaddoorsnede:
De elektrische aansluiting moet volgens het typeplaatje
plaatsvinden. Voor eventuele uitwisseling adviseren wij de
elektrische aansluiting van een zogenaamde «lus» te voorzien.
Let op dat elektrische gegevens op typeplaatje van pomp
overeenkomen met voedingsspanning.
Opmerking:
Bijzondere aandacht voor aarde aansluiting. De aarddraad moet
langer zijn dan nul- en fasedraden (gevaar voor afbreken).
5.1 Voeding
1 × 230 V +6%/–10%, 50 Hz, PE
5.2 Aansluitklemmen
Bij alle werkzaamheden aan de pomp
moet de spanning uitgeschakeld zijn!
De motor is kortsluitvast
en behoeft geen motorbeveiligingsschakelaar!
Netaansluiting 1×230 V
aarde (PE)
L fase
N nulleiding
Bij foutief aansluiten of foutieve spanning
Pas op
wordt de motor beschadigt!
(nominaalstroom × 1,5)
max. 10 A traag
max. 2,5 mm
2
.