C
3
Druk op de START-knop.
Op het display verschijnen heel kort alle
symbolen.
De polsband wordt automatisch opgepompt en
het display laat zien dat de druk oploopt.
Wanneer de polsband de juiste druk bereikt
heeft, wordt het oppompen gestopt en begint de
meting.
Als de druk in de polsband te laag blijkt te zijn
dan verhoogt de bloeddrukmeter automatisch de
druk. Blijf ontspannen zitten.
Tijdens de meting loopt de druk in de
polsband langzaam terug.
Dit ziet u aan het dalen van de drukwaarde op
het display.
NB: praat, hoest of lach niet tijdens de meting en
beweeg uw hand of arm niet.
C
Wanneer de meting is beeïndigd, wordt de
polsband automatisch ontlucht. Uw
bovendruk (SYS), onderdruk (DIA) en hartslag
(PUL) verschijnen op het display.
Bovendruk hoger dan 150
Als u het apparaat normaal inschakelt, dan wordt
de polsband opgepompt tot 180 mmHg (mm
kwikdruk).
Indien uw bovendruk hoger is dan 150 mmHg,
moet het apparaat de meting onderbreken om
NEDERLANDS
33