LEXIBOOK MeteoClock Elegance Manual De Uso página 56

6. Bijvoorbeeld: je kan het temperatuuralarm instellen tussen 0°C en 35°C. Telkens de afstandssen-
sor een temperatuur registreert lager dan 1°C of hoger dan 34°C, zal het temperatuuralarm afgaan
en zal [A8] flikkeren. Het zal bellen voor enkele seconden, stoppen en dan enkele seconden later
opnieuw bellen tot het wordt uitgeschakeld.
REGISTRATIEFUNCTIE VOOR MAXIMUM/MINIMUM
TEMPERATUUR/VOCHTIGHEID
Dit weerstation registreert dagelijks de maximum/minimum binnen-/buitentemperatuur en het
vochtigheidsniveau binnenshuis.
De metingen worden automatisch dagelijks uitgewist om 00:00 (middernacht).
1. Druk eenmaal op [B5] om de maximum binnentemperatuur [A5] en buitentemperatuur [A9] en de
vochtigheid binnenshuis [A4] te bekijken. "MAX" wordt afgebeeld bij [A3] en [A6].
2. Druk tweemaal op [B5] om de minimum binnentemperatuur [A5] en buitentemperatuur [A9] te
bekijken. "MIN" wordt afgebeeld bij [A3] en [A6].
3. Hou [B3] ingedrukt om de geregistreerde binnentemperatuur en vochtigheid uit te wissen.
MAANSTANDEN & GETIJDEN
Maanstanden
Tijdens de 28 dagen van de maanmaand, verandert het aspect van de maan. De bolvormige maan is
altijd half verlicht door de zon. Naarmate de maan rond de aarde draait, verandert de vorm van de
verlichte zijde van de maan continu. Dit fenomeen creëert de maanstanden. De maanstand [A14] op
jouw MeteoClock® wordt automatisch aangepast volgens jaar/maand/dag.
1: Nieuwe Maan 2: Wassende Maansikkel 3: Eerste Kwartier 4: Wassende
5: Volle Maan 6: Afnemende halve maan 7: Laatste Kwartier 8: Afnemende maansikkel
11
Getijden
Ongeveer om de 12 uur, stijgen en dalen de oceanen aan elke kant van de planeet. Deze beweging
noemen we de getijden. Het is het resultaat van de gravitatie van de maan en de zon en de
wentelingen van de aarde, maan en zon. Jouw weerstation geeft de stand van het getijde [A14] weer
als volgt:
H: Hoogtij M: Gemiddeld Tij
EXTRA INSTRUCTIES VOOR HET GEBRUIK VAN DE MULTI-SENSOR
Indien je één of twee extra sensors hebt, kan je deze op verschillende lokaties in je huis plaatsen; in
de slaapkamer, bijvoorbeeld. Jouw hoofdtoestel kan de data voor temperatuur en vochtigheid meten
via maximum drie sensors.
Instelling:
Om een nieuwe sensor in te stellen, volg de instructies op pagina 5. Zorg ervoor dat je elke sensor op
een verschillende kanaal instelt.
Display (schermweergave) van temperatuur en vochtigheid:
Je kan de metingen van de vochtigheid en temperatuur voor jouw verschillende afstandssensors
bekijken door op de [B2]-toets te drukken. De volgorde is zoals hieronder aangegeven:
Het symbool ' ' [A8] betekent dat het toestel de beschikbare kanalen om beurt op het scherm zal
weergeven.
Hou de [B2]-toets ingedrukt om een kanaal manueel te veranderen. Het zal automatisch een nieuw
kanaal registreren van zodra een nieuw kanaal wordt ontvangen. Als er geen temperatuur op een
bestaand kanaal wordt weergegeven (wordt " - - . –"op het LCD-scherm weergegeven), hou dan [B2]
ingedrukt om dat kanaal te annuleren en een ander kanaal te ontvangen. Druk daarna op [D3] op de
overeenkomstige sensor om manueel een signaal te verzenden naar het hoofdtoestel.
Copyright © Lexibook 2008
Copyright © Lexibook 2008
L: Laagtij
12