(Zie uitklappagina voorin)
[1]
Display behandeltijd
De ingestelde tijd is afleesbaar in halve minuten.
De knipperende decimale punt geeft aan dat de
behandeltijd loopt.
[2]
Display intensiteit
Eén streepje van het display licht op indien een
minimum intensiteit is ingeschakeld. Naarmate
een hogere intensiteit wordt ingesteld zullen meer
streepjes oplichten.
[3]
Afstemindicatielampje
Dit lampje brandt, wanneer het apparaat niet is
afgestemd; na afstemming dooft het. Tijdens de
behandeling kan dit lampje bij een beweging van
de patiënt even oplichten.
[4]
Intensiteitsregelaar
Met deze regelaar kan de gewenste intensiteit wor-
den ingesteld. Boven deze regelaar is de maximaal
toelaatbare intensiteit voor een aantal speciale
electroden aangegeven.
CPL Wanneer de Circuplode wordt gebruikt voor
het geven van continu kortegolftherapie,
mag de regelaar niet worden ingesteld boven
positie 6.
FPL Wanneer de Flexiplode wordt gebruikt mag
de regelaar niet boven positie 7 worden inge-
steld. Dit geldt zowel voor continu als voor
pulserende kortegolftherapie.
CPL Wanneer de Circuplode wordt gebruikt voor
het geven van pulserende kortegolftherapie,
mag de regelaar niet boven positie 8 worden
ingesteld.
Eerst behandeltijd instellen. Vervolgens de intensi-
teitsregelaar geheel linksom draaien tot een 'klik'
wordt gehoord ('0'-stand); van hieruit de gewenste
intensiteit instellen door rechtsom te draaien.
[5] en [6] Insteltoetsen behandeltijd
De behandeltijd is instelbaar tussen 0 - 30 minu-
ten.
Instellen behandeltijd: druk op de plus-toets.
Terugstellen behandeltijd: druk op de min-toets.
Door de plus-toets 1 x in te drukken kan de behandel-
tijd in 1 stap van 0 naar 30 min. ingesteld worden. De
klok loopt terug naar nul zodra de intensiteit (vanuit
de '0'-stand) wordt ingesteld. Na verstrijken van de
behandeltijd wordt de HF generator automatisch
uitgeschakeld en gaat de zoemer.
De behandeling kan alleen worden gestart indien de
8
VERKLARING BEDIENINGSORGANEN
[7]
Keuzeschakelaar therapievorm
Stand "I" voor continu kortegolftherapie.
Overige standen voor pulserende kortegolfthera-
pie.
Voor de pulserende kortegolftherapie kunnen de vol-
gende pulsherhalingsfrequenties worden ingesteld:
15 - 20 - 26 - 35 - 46 - 62 - 82 - 110 - 150 - 200 Hz.
[8]
Netschakelaar
Inschakelen: druk de toets naar (I).
Uitschakelen: druk de toets naar (0).
Na inschakelen lichten display behandeltijd [1] en
afstemindicatielampje [3] op.
[9]
Bevestigingspunten voor electrode-ar-
men
Door middel van het bijgeleverde gereedschap
kunnen de electrode-armen op deze plaats worden
bevestigd (zie hoofdstuk "Electrode-armen").
[10] Aarding voor adaptor
Via deze aansluiting wordt de eventueel aangesloten
adaptor van de Circuplode geaard.
[11] Aansluitingen voor electrodekabels
Op deze aansluitingen worden, al dan niet via een
adaptor, alle electrodekabels aangesloten (zie hoofd-
stuk "Aansluiten electroden").
Het aansluiten van andere dan door Enraf-
Nonius voorgeschreven kabels of toebehoren
kan de veiligheid van de patiënten en de
goede werking van het apparaat nadelig beïnvloeden
en is derhalve niet toegestaan.
Aan de achterzijde van het apparaat bevinden
zich:
•
Automatische zekering
Normaal staat het hendeltje van de zekering in
stand '¤'. Bij overbelasting schakelt de zekering
het HF-uitgangsvermogen uit. De zekering kan
na ca. 2 minuten weer worden ingeschakeld door
het hendeltje naar positie '¤' te duwen.
De klok op '0' zetten alvorens opnieuw in te
schakelen.
•
Ventilatieroosters
Dit voor de koeling essentiële rooster mag niet
worden afgesloten.
•
Opbergvak
In dit vak kunnen o.a. bedieningshandleiding en
testcertificaat worden opgeborgen.
•
Waarschuwingsplaatje 'hoogspanning'