Marklin Digital 60906 Manual Del Usuario página 32

Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 43
Multiprotocolmodus
Analoge modus
De decoder kan ook wprden gebruikt op analoge systemen
of spoortrajecten. De decoder herkent automatisch de
analoge wissel- of gelijkspanning (AC/DC) en past zich aan
de spoorspanning aan. Alle functies die onder mfx of DCC
voor de analoge modus zijn ingesteld, zijn actief (zie Digitale
modus).
Digitale modus
Deze multiprotocoldecoder kan gebruikt worden met de
volgende digitale protocollen: mfx, DCC, fx (MM).
Het digitale protocol met de meeste mogelijkheden is het
digitale protocol met de hoogste prioriteit. De volgorde van
de digitale protocollen neemt af met de waarde:
Prioriteit 1: mfx
Prioriteit 2: DCC
Prioriteit 3: fx (MM)
Let op: digitale protocollen kunnen elkaar beïnvloeden. Voor
een probleemloze werking adviseren wij niet benodigde
digitale protocollen te deactiveren met CV 50.
Als uw centrale dit ondersteunt, deactiveert u ook daar de
digitale protocollen die niet nodig zijn.
Als er twee of meer digitale protocollen op het spoor
worden herkend, neemt de decoder automatisch het digitale
protocol met de hoogste prioriteit over, bijv. mfx/DCC,
waardoor het digitale mfx-protocol door de decoder wordt
overgenomen (zie vorige tabel).
32
Let op: niet alle functies zijn in alle digitale protocollen
mogelijk. Onder mfx en DCC kunnen enkele functies worden
ingesteld, die in de analoge modus actief moeten zijn.
Rem-/seinstopsectie fx (MM), mfx, DCC
De remmodules zorgen in principe voor gelijkspanning op
het spoor. Herkent de decoder een gelijkspanning op het
spoor, remt hij met de ingestelde vertraging af. Herkent de
decoder weer een digitaal protocol, trekt hij weer op de
ingestelde snelheid op.
Als het automatisch herkennen van de remsecties moet
worden toegepast, is het het beste de DC-modus uit te
schakelen (zie CV-beschrijving).
mfx-protocol
Adressering
• Geen adres nodig, elke decoder krijgt een unieke ID (UID).
• De decoder meldt zich automatisch aan een Central
Station of Mobile Station aan met zijn UID.
Programmering
• De eigenschappen kunnen worden geprogrammeerd
via de grafische interface van het Central Station of
gedeeltelijk ook met het Mobile Station.
• Alle configuratievariabelen (CV's) kunnen meerdere
malen worden gelezen en geprogrammeerd.
• De programmering kan plaatsvinden op het hoofdspoor of
het programmeerspoor.
Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido