Een Bloedglucosetest Uitvoeren - VISIOMED BewellConnect MyGluco BW-GL1 Manual De Usuario

significante invloed op de verkregen glucosewaarde. Bloed van een plek die niet ge-
wreven is, vertoont een meetbaar andere glucoseconcentratie dan bloed van de vinger.
Als de prikplek voor de bloedafname werd gewreven, is het verschil significant minder.
Volg de suggesties hieronder voordat u een druppel bloed afneemt :
• Was en droog uw handen voordat u begint.
• Selecteer de prikplek op een vingertop of ander lichaamsdeel (zie sectie "Alternative
Site Testing" (AST) over hoe u de geschikte plekken selecteert).
• Reinig de plek met een wattenstaafje met 70% alcohol en laat aan de lucht drogen.
• Wrijf de prikplek ca. 20 seconden voor de penetratie.
• Gebruik een doorzichtige dop (meegeleverd in de kit) terwijl u het prikapparaat instelt.
• Testen aan de vingertop (h)
Druk de punt van het prikapparaat stevig tegen de onderkant van uw vingertop. Druk
op de deblokkeerknop om in uw vinger te prikken, dan geeft een klik aan dat de prik
voltooid is.
• Bloed van andere plekken dan de vingertop (i)
Vervang de dop van het prikapparaat door de doorzichtige dop voor AST. Duw de
spancontrole terug tot deze een klik geeft. Voor het prikken in de onderarm, boven-
arm of hand de gebieden vermijden met zichtbare aderen om overmatig bloeden te
voorkomen.
OPMERKING:
• Kies telkens een andere plek. Herhaald prikken op dezelfde plek kan pijn of eeltplekken
geven.
• Raadpleeg uw zorgprofessional voordat u met AST begint.
• Het wordt aanbevolen de eerste druppel bloed niet te gebruiken omdat deze mogelijk weef-
selvloeistof bevat wat het restresultaat kan beïnvloeden.

6.3. EEN BLOEDGLUCOSETEST UITVOEREN

Om een bloedglucosetest uit te voeren, hebt u nodig: (b), (c), (e) en (f).
1. Voer de teststrip in om de meter aan te zetten, wacht tot de "
de meter verschijnt
2. Selecteer de geschikte meetstand door op M te drukken.
3. Een bloedmonster verkrijgen (j)
Gebruik het vooraf ingestelde prikapparaat om in de gewenste plek te prikken.
Veeg de eerste druppel bloed af met een schoon wattenstaafje. De grootte van de
druppel moet overeenkomen met
•
• (werkelijke grootte), wat 0.7 microliter (μl) in
" en " " op
75