Connectoren op het achterpaneel
1
parallelle
connector
2
muisconnector
3
IEEE 1394-
connector
4
lijningang
5
lijnuitgang
1
2
11
Sluit een parallel apparaat, bijvoorbeeld een printer, aan op de
parallelle connector. Als u een USB-printer hebt, moet u deze
aansluiten op een USB-connector.
OPMERKING:
De ingebouwde parallelle aansluiting wordt
automatisch uitgeschakeld zodra de computer een geïnstalleerde
kaart detecteert met een parallelle aansluiting die op hetzelfde
adres is geconfigureerd. Zie "System Setup-opties" in de
Gebruikershandleiding voor meer informatie.
Sluit een standaard PS/2-muis aan op de groene
muisconnector. Schakel de computer en alle aangesloten
apparaten uit, voordat u een muis op de computer aansluit.
Als u een USB-muis hebt, moet u deze aansluiten op een
USB-connector.
Gebruik de IEEE 1394-connector voor apparaten met hoge
gegevenssnelheden zoals digitale videocamera's en externe
opslagapparaten.
Gebruik de blauwe lijningang om een afspeelapparaat aan te
sluiten, zoals een MP3-, cd- of videospeler. Gebruik op
computers met een geluidskaart de aansluiting op de kaart.
Op de groene lijnuitgang kunt u een hoofdtelefoon en de meeste
speakers met geïntegreerde versterkers aansluiten. Gebruik op
computers met een geluidskaart de aansluiting op de kaart.
3
4
5
6
10
9
7
8
Naslaggids
81