De pomp kan de last niet optillen of kan de maximumcapaciteit niet bereiken:
De kraan is niet helemaal dicht. Controleer de kraan en draai ze zo nodig dicht.
Het oliepeil is te laag. Controleer het peil en giet zo nodig wat olie bij (zie ONDERHOUD).
De pomp kan lucht bevatten. Ontlucht het systeem (zie ONDERHOUD).
De druk van de krik daalt onder belasting:
De kraan is niet helemaal dicht. Controleer de kraan en draai ze zo nodig dicht.
De pomp kan lucht bevatten. Ontlucht het systeem (zie ONDERHOUD)
De pomp gedraagt zich «als een spons»:
Het oliepeil is te laag. Controleer het peil en giet zo nodig wat olie bij (zie ONDERHOUD).
De pomp kan lucht bevatten. Ontlucht het systeem (zie ONDERHOUD).
De hendel gaat naar boven of beneden onder belasting:
De pomp kan lucht bevatten. Ontlucht het systeem (zie ONDERHOUD)
De ram gaat niet omhoog tot het maximum:
Het oliepeil is te laag. Controleer het peil en giet zo nodig wat olie bij (zie ONDERHOUD).
De pomp kan lucht bevatten. Ontlucht het systeem (zie ONDERHOUD)
De ram gaat niet helemaal naar beneden:
De bewegende onderdelen van de pomp moeten gesmeerd worden.
Noot: zijn de problemen nog niet opgelost nadat u bovenstaande procedures probeerde, dan laat u het toestel nakijken door de dichtstbijzijnde FACOM-verdeler.