•
Ververs de olie niet met de motor in een gekantelde positie.
•
Als olie wordt bijgevuld terwijl de motor is gekanteld, kan te veel olie worden bijgevuld waardoor verontreiniging en/of witte rook wordt
veroorzaakt.
Tip 2 bij het verversen van de olie: "Olielekkage"
–
Als olie eruit lekt tussen de brandstoftank en het motorblok, wordt de olie via de koelluchtinlaatopening naar binnen gezogen waardoor
de motor verontreinigd raakt. Veeg gelekte olie af voordat u met het werk begint.
BRANDSTOF BIJVULLEN
Omgaan met brandstof
Het is noodzakelijk uiterst voorzichtig om te gaan met brandstof. Brandstof kan stoffen bevatten die ook in oplosmiddelen voorkomen. Het
bijvullen van brandstof moet gebeuren in een vertrek met een voldoende goede ventilatie of in de open lucht. Adem nooit brandstofdampen in
en houd afstand tot de brandstof. Als uw huid herhaaldelijk in aanraking komt met brandstof gedurende een lange tijd, wordt uw huid droog,
waardoor een huidziekte of allergie kan ontstaan. Als brandstof in uw oog komt, spoelt u uw oog uit met schoon water. Als uw oog daarna blijft
irriteren, raadpleegt u een dokter.
Vul geen brandstof bij in de schemering of op instabiele plaatsen.
Bewaartermijn van brandstof
Brandstof dient binnen een periode van 4 weken te worden opgebruikt, ook wanneer de brandstof wordt bewaard in een speciale jerrycan op
een goed geventileerde plaats in de schaduw. Als geen speciale jerrycan wordt gebruikt, of als de brandstof in een open bak wordt bewaard,
kan de brandstof binnen één dag verslechteren.
OPSLAG VAN HET GEREEDSCHAP EN DE JERRYCAN
–
Bewaar het gereedschap en de jerrycan op een koele plaats uit direct zonlicht.
–
Bewaar de brandstof nooit in de passagiersruimte of bagageruimte van een auto.
Brandstof
De motor is een viertaktmotor. Gebruik uitsluitend loodvrije benzine voor auto's met een octaangehalte van 87 of hoger ((R+M)/2). De benzine
mag niet meer dan 10% alcohol (E-10) bevatten.
Tips voor het omgaan met brandstof
–
Gebruik nooit mengsmering, waarin motorolie zit. Als u dat doet, zal buitensporige koolafzetting of mechanische storing optreden.
–
Als verslechterde olie wordt gebruikt, zal dat leiden tot onregelmatig starten.
Brandstof bijvullen
WAARSCHUWING: Schakel de motor uit alvorens brandstof bij te
vullen, blijf uit de buurt van open vuur en rook
niet.
Gebruikte benzine: Loodvrije benzine voor auto's met een octaangehalte van
87 of hoger. Niet meer dan 10% alcohol (E-10).
1) Draai de brandstofvuldop (1) een klein stukje los om te voorkomen dat
brandstof wordt gemorst.
2) Draai de brandstofvuldop eraf. En kantel de motor zodat de vulopening van
de brandstoftank omhoog is gericht.
3) Vul voorzichtig brandstof bij terwijl de lucht ontsnapt uit de brandstoftank
(2). (Vul geen brandstof bij tot boven de bovengrens (3) van het
brandstofpeil.)
4) Veeg rondom de brandstofvuldop goed schoon om te voorkomen dat
vreemde stoffen in de brandstoftank terecht komen.
5) Na het bijvullen van brandstof draait u de brandstofvuldop weer stevig vast.
•
Als enige onvolkomenheid of schade aan de brandstofvuldop wordt
geconstateerd, moet deze worden vervangen.
•
De brandstofvuldop is na verloop van tijd versleten. Vervang de
brandstofvuldop iedere twee of drie jaar.
Opmerking
(3)
87
(2)
(1)