TECHNISCHE KENMERKEN EN AFMETINGEN
De afmetingen van de toestellen staan vermeld in afb. 1.
De prestatiegegevens staan op het toestel zelf vermeld.
1. ALGEMENE WAARSCHUWINGEN
De installatie is voor rekening van de koper.
De fabrikant is geenszins aansprakelijk voor schade voortkomend uit verkeerde installatie en/of veronachtza-
ming van de in deze handleiding vermelde voorschriften, in het bijzonder:
•
De hydraulische veiligheidsunit moet correct geïnstalleerd worden en er mag niet aan gesleuteld worden;
Bewaar de handleiding zorgvuldig voor verdere raadpleging;
•
De installatie en het onderhoud moeten worden uitgevoerd door technisch gekwalificeerd personeel, met
inachtneming van de geldende normen en overeenkomstig de aanwijzingen van de fabrikant;
•
Alvorens een willekeurige reinigings- of onderhoudswerkzaamheid uit te voeren, het apparaat van het
elektriciteitsnet loskoppelen en/of de daarvoor bestemde afsluitsystemen activeren.
•
Controleer na het verwijderen van de verpakking of de inhoud intact is en houd het verpakkingsmateriaal
(nietjes, plastic zakken, schuimrubber e.d.) buiten het bereik van kinderen om gevaar te voorkomen.
Dit toestel is in overeenstemming met de voorschriften van de EEG-richtlijnen.
2. INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN
a) Installatie
Dit apparaat dient voor het verwarmen van sanitair water op een temperatuur die lager ligt dan die van het
kookpunt bij atmosferische druk en moet verplicht worden aangesloten op een verwarmingsinstallatie en
een net voor het leveren van warm sanitair water, in overeenstemming met de prestaties en het thermisch
vermogen ervan.
De installatieruimte moet vorstvrij zijn.
De opslagwisselaar moet zich vlak in de buurt van de warmtegenerator bevinden. Zodoende wordt onnodig
warmteverlies voorkomen. Indien dit niet mogelijk is dienen de toevoerleidingen goed geïsoleerd te worden.
Het apparaat dient zodanig geplaatst te worden dat de leidingen voor het sanitair en verwarmingswater
probleemloos uitgevoerd kunnen worden.
Er worden 4 verstelbare pootjes meegeleverd, die onder op het apparaat vastgeschroefd moeten worden.
b) Hydraulische aansluiting (zie schema van afb.2)
De plaats van de aansluitingen en de functie ervan staan vermeld in Afb. 1 en op het etiket achter op het
apparaat .
Het wordt geadviseerd om het apparaat te plaatsen nabij het punt waar het meeste warm water wordt afgetapt,
om warmteverlies in de leidingen te voorkomen, en zo mogelijk nabij een afvoer, zodat het eenvoudig geledigd
kan worden.
Onderstaand wordt Afbeelding 2 verklaard:
•
A) Hydraulische veiligheidsklep (niet meegeleverd);
•
B) Aftapkraan (niet meegeleverd);
•
C) Afvoerleiding (niet meegeleverd);
•
D) Expansievat (niet meegeleverd);
•
E) Drukverminderingsklep (niet meegeleverd);
•
F) Terugslagklep (niet meegeleverd);
•
G) Schakelklep (niet meegeleverd);
•
H) Pomp (niet meegeleverd);
•
I) Verwarmingsketel (niet meegeleverd);
•
L) Zonnepaneel (niet meegeleverd).
22
NL
Cod. 3540L760 - 01/2011 (Rev. 00)
ECOUNIT 2C