FADER *
2
*
5
R06
F06
00
—
(
): Instellen van het balans tussen de achter- en voorluidspreker.
BALANCE *
2
*
5
L06
—
R06
(
00
): Instellen van het balans tussen de linker- en rechterluidspreker.
VOL
ADJUST
–05
+05
00
—
(
): Legt het volumeniveau voor iedere bron vast (in overeenstemming
met het FM-volumeniveau). Kies alvorens de instelling te maken eerst de gewenste bron.
("VOL ADJ FIX" verschijnt indien FM is gekozen.)
AMP
GAIN
LOW
POWER
: Beperken van het maximale volumeniveau tot 30. (Kies indien het
maximale vermogen van iedere luidspreker minder dan 50 W is ter bescherming van de
luidsprekers.) ;
HIGH POWER
D.T.EXP
ON
: Er wordt een compensatie voor de hoge frequentiecomponenten gemaakt en de
(Digital Track
verhogingstijd van de golfvorming die met het comprimeren van audiodata verloren gaat
Expander)
wordt hersteld voor een realistisch geluid. ;
MUTING *
6
TEL
ON
: Dempen van het geluid bij gebruik van een mobiele telefoon (niet verbonden via de
KS-BTA100). ;
OFF
: Geannuleerd.
L/O
MODE
SUB.W
REAR
/
: Kiezen of achterluidsprekers of een subwoofer zijn aangesloten met de
REAR/SW lijnuitgangsaansluitingen op het achterpaneel van het toestel (via een externe
versterker).
*
1
[L/O
MODE]
Verschijnt alleen wanneer
*
2
De instelling heeft geen effect op de subwooferuitgang.
*
3
[SUB.W]
Verschijnt alleen wanneer
*
4
[L/O
MODE]
Verschijnt alleen wanneer
*
5
[00]
Stel het faderniveau op
indien u slechts twee luidsprekers gebruikt.
*
6
[BT
ADAPTER]
Werkt niet indien
is gekozen voor
10
AUDIO-INSTELLINGEN
: Het maximale volumeniveau is 50.
OFF
: Geannuleerd.
[SUB.W]
[SUB.W]
[ON]
op
en
op
is gesteld.
[ON]
op
is gesteld.
[SUB.W]
op
is gesteld.
[AUX]
[SRC
SELECT]
( 4)
in
.
DISPLAY-INSTELLINGEN
1
Houd
MENU
even ingedrukt.
2
Draai de volumeregelaar om een keuze te maken (zie de volgende tabel)
en druk vervolgens op de knop.
2
Herhaal stap
totdat het gewenste onderdeel is gekozen.
3
MENU
Druk op
om te verlaten.
G
Druk op
T/P
om naar het voorgaande onderdeel of hiërarchie terug te keren.
DISPLAY
DIMMER
Kiezen van de verlichting voor het display en toetsen als ingesteld met
AUTO
: Afwisselend veranderen naar de dag- en nachtinstellingen wanneer u de koplampen
van de auto uit- en inschakelt. *
daginstellingen.
BRIGHTNESS
Afzonderlijk instellen van de helderheid voor toetsen, het display en de USB-ingangsaansluiting
voor dag en nacht.
1 DAY
/
NIGHT
: Kies dag of nacht.
2
Kies een zone voor de instelling.
3
Stel het helderheidsniveau in (
(Basisinstelling:
BUTTON ZONE
DISP ZONE: DAY
2
SCROLL
*
ONCE
: Eenmaal rollend tonen van de display-informatie. ;
herhaald met intervallen van 5 seconden. ;
*
1
Het verlichtingsdraad moet worden verbonden.
*
2
Bepaalde tekens en symbolen worden niet juist getoond of er verschijnt een blanco voor in de plaats.
Basisinstelling:
[BRIGHTNESS]
1
ON
OFF
;
: Kiezen van de nachtinstellingen. ;
: Kiezen van de
( afbeelding hierboven)
00
tot
31
).
:
DAY
:
25
;
NIGHT
:
09
:
31
;
NIGHT
:
12
)
AUTO
: Het rollen van tekst wordt
OFF
: Geannuleerd.
( 15)
XX
.