Kantel de machine achteruit op de bovenste handgreep
(2) om de onderkant te reinigen.
Om te voorkomen dat de apparatuur terug kantelt,
- Verwijder de grasopvangbak (20) als die is
geïnstalleerd.
- Stel de maaihoogte in op stand 8.
- Zet de bovenste handgreep (2) op ongeveer 5° in de
richting van de machine.
Zorg dat u hierbij de Bowden-kabels (4) niet platdrukt.
Risico op verwondingen als de machine terug kantelt.
• Houd de machine altijd schoon. Gebruik voor het
reinigen een tandenborstel of een doek, maar geen
bijtende schoonmaakmiddelen of oplosmiddelen.
Gebruik geen water om de motor schoon te maken,
omdat dit het brandstofsysteem kan verontreinigen.
• Verwijder na het maaien plantenresten die nog aan
de machine vastzitten met behulp van een stuk hout
of plastic. Maak met name de ventilatieopeningen, de
uitvoeropening en het maaiblad schoon. Gebruik geen
harde of puntige voorwerpen die de machine kunnen
beschadigen.
N
• Smeer de wielen af en toe met wat olie.
L
• Controleer de grasmaaier voor elk gebruik op zichtbare
problemen zoals losse, versleten of beschadigde
onderdelen. Controleer of alle moeren, bouten en
schroeven goed vastzitten.
• Controleer afdekkingen en beschermplaten op
beschadigingen en kijk of goed op hun plaats zitten.
Vervang indien nodig.
Het luchtfilter vervangen
Gebruik de machine niet zonder het luchtfilter. Anders
komt er stof of vuil in de motor terecht en wordt de
114
machine beschadigd.
1. Draai de schroef op het luchtfilterdeksel (15) los en
klap het deksel open.
2. Verwijder het luchtfilter (14).
3. Vervang het luchtfilter door een nieuw filter.
4. Plaats het nieuwe luchtfilter (14) in het luchtfilterdeksel
(15) om het te installeren.
5. Klap het luchtfilterdeksel dicht en schroef het weer
vast.
De bougie onderhouden
Een versleten bougie of een te grote vonkbrug zal de
prestaties van de motor verminderen.
1. Maak de bougiestekker (12) van de bougie los door
er tegelijkertijd aan te trekken en te draaien.
2. Draai de bougie tegen de klok in los met behulp van
de bougiesleutel.
3. Controleer de vonkbrug met behulp van een
voelermaat (verkrijgbaar bij speciaalzaken). De
vonkbrug moet ten minste 0,7 mm bedragen.
4. Maak de bougie met een staalborstel schoon.
5. Plaats de schoongemaakte en afgestelde bougie of
vervang een beschadigde bougie door een nieuwe.
De motorolie verversen
Om de motorolie te verversen, kantelt u de
machine op een hellend oppervlak.
• Ververs de motorolie voor de eerste keer na ongeveer
5 bedrijfsuren en vervolgens om de 50 bedrijfsuren of
jaarlijks.
• Ververs de motorolie als de motor warm is.
• Voer de gebruikte olie op een milieuvriendelijke manier