OPMERKING
Regelmatig spannen van de zaagketting
u
draagt bij tot veiligheid van de gebruiker
en vermindert en/of voorkomt slijtage en
schade aan de ketting. Voor het werk en met
intervallen van ongeveer 10 minuten raden
we aan de kettingspanning te controleren
en zo nodig te corrigeren. De ketting verhit
tijdens het werk en wordt daardoor iets
verlengd. Deze „Verlenging" kan vooral bij
nieuwe kettingen worden verwacht.
Span of wissel de ketting niet, wanneer
u
deze warm is, omdat deze bij afkoeling
iets korter wordt. Als u dit niet doet, kan dit
leiden tot schade aan de geleidingsrail of
de motor, omdat de ketting nu te strak is.
Kettingspanning en -smering hebben een
belangrijk effect op de levensduur van de
ketting.
De ketting is correct gespannen als deze aan
u
het onderste uit-einde van de geleidingsrail
niet doorzakt en een volle slag met
beschermende handschoenen kan worden
gedraaid. Als de ketting met 9 N (ongeveer
1 kg) wordt aangespannen, moet de afstand
van de zaagketting tot de geleidingsrail
minder dan 2 mm bedragen.
Bij een nieuwe ketting neemt de spanning
u
met de tijd af. Span de ketting na de eerste 5
sneden na =, maar niet later dan 10 minuten
na het begin van de werkzaamheden.
A
1.
Plaats het product op een geschikt en
stabiel oppervlak.
2.
Maak de draaiknop van de
aandrijfafdekking
3.
Draai de draaiknop voor de
kettingspanning
om de kettingspanning te verhogen
en tegen de klok in om deze te
verminderen.
4.
Trek de draaiknop van de
aandrijfafdekking
5.
Controleer de kettingspanning
opnieuw. Herhaal indien nodig
de instellingsstappen om de juiste
spanning te krijgen.
los.
6
met de klok mee,
8
aan.
6
Kettingsmering
WAARSCHUWING!
Het product is niet gevuld met kettingolie! Het
u
is essentieel om voor het gebruik olie toe te
voegen! Gebruik het product nooit zonder
kettingolie of met een lege olietank, omdat
dit uitgebreide schade aan het product zal
veroorzaken!
Gebruik de geleidingsrail en zaagketting
u
nooit zonder smeerolie! Het product droog of
met te weinig olie gebruiken, vermindert de
snijprestaties, verkort de levensduur van het
product door oververhitting van de ketting en
geleidingsrail. Ontoereikende smering wordt
door rook of verkleuring van de geleidingsrail
aangegeven! Voldoende smering van de
zaagketting tijdens het gebruik is essentieel
om wrijving met de geleidingsrail te
minimaliseren.
Dit product is uitgerust met een automatisch
oliesmeersysteem. Het oliesmeersysteem levert
automatisch een voldoende hoeveelheid olie aan
de geleidingsrail
en zaagketting
4
Controleer de oliepeilmeter
o
en vul olie bij, als het niveau de „MIN"-
markering bereikt. De olietank bevat
ongeveer 180 ml olie.
Als u geen biologische olie bij de hand
o
hebt, gebruik dan kettingolie met een laag
verdikkingsmiddel.
Leeg de olietank als u deze voor een langere
o
periode (6 – 8 weken) niet gebruikt.
1.
Plaats het product op een geschikt en stabiel
oppervlak.
2.
Schroef het olietankdeksel
olie bij.
3.
Veeg gemorste olie op en sluit het
2
olietankdeksel
4.
Controleer de kettingsmering (zie
„Kettingsmering controleren").
.
5
regelmatig
15
eraf en vul de
2
weer.
NL / BE
77