6.
Montage
Monteer de voetjes aan de onderkant van het toestel. Bevestig elke voet met twee schroeven.
Plaats het toestel in verticale positie op een vlak, stabiel en slipvrij oppervlak.
7.
Gebruik
7.1
Algemeen
Steek de stekker in het stopcontact.
Draai de thermostaatknop volledig naar rechts.
Schakel het toestel in door het vermogen te selecteren (één van de twee knoppen of beide
knoppen tegelijkertijd).
Om de warmte sneller te verdelen, schakel de ventilator in met de ventilatorknop. U kunt de
ventilator ook zonder verwarming gebruiken om koude lucht te blazen.
Wanneer de ruimte de gewenste temperatuur heeft bereikt, draai de thermostaatknop naar
links tot het toestel uitgeschakeld is. De temperatuur is nu ingesteld en het toestel zal
automatisch in-/uitschakelen om de temperatuur constant te houden.
Schakel het toestel uit en trek de stekker uit het stopcontact na gebruik.
7.2
Beveiliging tegen oververhitting
Dit toestel is voorzien van een beveiliging tegen oververhitting die het toestel automatisch
uitschakelt bij oververhitting. Is dit het geval, trek de stekker uit het stopcontact en laat het
toestel 30 minuten afkoelen voordat u het opnieuw inschakelt.
Om oververhitting te voorkomen, controleer of het toestel voldoende wordt geventileerd en dat
de luchtinlaat niet wordt geblokkeerd. Contacteer uw verdeler indien het toestel blijft
uitschakelen.
8.
Reiniging en onderhoud
Schakel het toestel uit, trek de stekker uit het stopcontact en laat het volledig afkoelen voordat
u het toestel reinigt.
Dompel het toestel nooit onder in water of een andere vloeistof. Bescherm het toestel tegen
opspattend water en andere vloeistoffen.
Reinig het toestel af en toe met een vochtige doek. Gebruik geen bijtende chemische
producten, reinigingsmiddelen of sterke detergenten.
V. 03 – 15/06/2018
CH0004
11
©Velleman nv