41.3
Veiligheidsvoorzieningen
De machine is uitgerust met de volgende veiligheidsvoorzieningen:
41.4
Algemene veiligheidsinstructies
Voor het voorkomen van storingen, schade en medische aandoeningen, moeten bij
werkzaamheden met de machine, behalve met de algemene regels voor veilig werken, met name
met de volgende punten rekening worden gehouden:
•
Controleer de functie en volledigheid van de machine voordat ze in bedrijf wordt genomen.
•
Kies als opstelplaats een vlakke, trillingsvrije ondergrond.
Zorg voor voldoende plaats rond de machine!
•
Zorg voor voldoende verlichting op de werkplaats, om stroboscopische effecten te
•
voorkomen.
Let op een schone werkomgeving!
•
Houd het bereik rond de machine vrij van obstakels (bv. stof, spanen, afgesneden
•
werkstukdelen, etc.).
•
Gebruik alleen perfect gereedschap, dat geen scheuren of andere fouten heeft (bv.
deformaties).
•
Verwijder steeds gereedschapssleutels en andere instelgereedschappen voordat u de
machine inschakelt.
•
Controleer vóór gebruik dat de verbindingen van de machine goed bevestigd zijn.
•
Laat de draaiende machine nooit zonder toezicht. Schakel de machine uit alvorens de
werkzone te verlaten en beveilig ze tegen onbedoeld of onbevoegd herinschakelen.
De machine mag alleen door personen worden aangedreven, onderhouden of gerepareerd,
•
die ermee vertrouwd en geïnstrueerd zijn inzake de tijdens deze werkzaamheden
optredende gevaren.
•
Zorg ervoor dat onbevoegde personen alleen met een veiligheidsafstand naar de machine
verblijven en houd per se kinderen weg van de machine.
Werk altijd met de nodige voorzichtigheid en gebruik nooit overmatige kracht.
•
Voorkom overbelasting van de machine!
•
Verberg lang haar onder een haarnet.
•
•
Draag nauwsluitende beschermende kleding en geschikte beschermende uitrusting
(oogbescherming, gehoorbescherming, veiligheidsschoenen, werkhandschoenen).
•
Draag tijdens werkzaamheden aan de machine nooit losse sieraden, losse kleding of
accessoires (bijv. stropdas, sjaal).
•
Werk nooit aan de machine bij vermoeidheid, gebrek aan concentratie resp. onder de
invloed van medicatie, alcohol of verdovende middelen!
•
Gebruik de machine nooit in zones waarin dampen van verven, oplosmiddelen of
brandbare vloeistoffen een potentieel gevaar betekenen (gevaar voor brand of explosie!).
•
Stop de machine altijd vóór instel-, ombouw-, reinigings-, onderhouds- of
instandhoudingswerkzaamheden en koppel de machine los van de stroomvoeding. Wacht
voordat met werkzaamheden aan de machine wordt begonnen erop, dat alle
gereedschappen resp. machinedelen helemaal stil staan en borg de machine tegen
onbedoeld herinschakelen.
Waarschuwingsborden en/of etiketten aan de machine welke niet meer leesbaar zijn of
•
werden verwijderd moeten onmiddellijk worden vervangen!
41.5
Elektrische veiligheid
Let erop dat de machine geaard is.
•
Gebruik slechts geschikte verlengsnoeren.
•
HOLZMANN MASCHINEN GmbH www.holzmann-maschinen.at
Afscherming beschermkap van de slijpschijf (1)
VEILIGHEID
68
MTY 8-70