1-5. INSTALLATIESCHEMA
In de regel open
Meer dan 500 mm als
de voorkant en beide
zijkanten open zijn.
Meer dan
100 mm
In de regel open
Meer dan 500 mm als de boven- en
achterkant en beide zijkanten open zijn.
*2 Het jaar en de maand van vervaardiging is aangegeven op het naamplaatje met technische gegevens.
TOEBEHOREN
Controleer voor het installeren of de volgende
onderdelen aanwezig zijn.
(1) Afvoerbus
(2) Afvoerdop
Installeren van de buitenunit
950 mm
175
mm
600 mm
Luchtinlaat
Luchtinlaat
Luchtuitlaat
2 ovale gaten 12 × 36 mm
(voet voor M10-bout)
(D)
(J)
(G)
*2
(C)
(H)
(E)
(I)
Meer dan 100 mm.
Meer dan 200 mm
als er aan beide
zijkanten obstakels
zijn.
Blokkeer de inlaat van de buitenunit niet met
*2
het overtollige gedeelte van de leidingen.
Meer dan 350 mm
DOOR U ZELF AAN TE SCHAFFEN ONDERDELEN
(A) Netsnoer*1
Verbindingskabel binnen- en buiten-
(B)
1
unit*1
5
(C) Verlengleiding
(D) Afdekring voor muurgat
(E) Leidingtape
Verlenging afvoerslang
(of zachte PVC-slang met 15 mm
(F)
binnendiameter of harde PVC-pijp
VP30)
(G) Kit
(H) Bevestigingsbandje voor leiding
(I) Bevestigingsschroef voor (H)
(J) Huls voor muurgat
Zachte PVC-slang met 15 mm bin-
(K)
nendiameter of harde PVC-pijp met
VP30 voor afvoerbus (1)
2 U-vormige inkepingen
(voet voor M10-bout)
Plaats na de lektest het isolatiemateriaal zodanig strak dat er geen
opening meer is.
Bedek het aansluitgedeelte met tape om lekkage van water te voorkomen.
Wanneer u de leidingen wilt bevestigen aan een muur die metaal
(zoals tinnen bekleding) of metalen gaas bevat, plaats dan een che-
misch behandelde houten plaat van minstens 20 mm dikte tussen
muur en leidingen, of omwikkel de leidingen met isolatietape.
Zorg dat de unit minimaal 30 minuten heeft gekoeld en is leegge-
pompt voordat u de oude airconditioner verwijdert. Pas de maat van
de optrompverbindingen aan aan die van de nieuwe koelstof.
(F)
Omhul de koelmiddelleidingen of be-
scherm deze anderszins om brandgevaar
te voorkomen.
Externe schade aan de koelmiddelleidin-
gen kan brand veroorzaken.
Opmerking:
*1 Plaats verbindingskabel (B) en netsnoer (A)
1
op ten minste 1 meter afstand van de tv-
antennekabel.
1
Het "Aantal" bij (B) t/m (J) in de tabel hierboven is
1
het benodigde aantal per binnenunit.
1
1
1
1
2 tot 7
2 tot 7
1
1
De units moeten worden geïnstalleerd door een
erkend specialist volgens de plaatselijke vereisten.
Raadpleeg elke afzonder-
lijke constructiehandlei-
ding voor de benodigde
onderdelen voor aanslui-
ting op de cilinderunit/hy-
drobox/warmwatertank.
Sluit de cilinderunit/hy-
drobox/warmwatertank
alleen op ruimte A aan.
Gebruik ook een
aparte voeding voor de
cilinderunit/hydrobox/
warmwatertank.
WAARSCHUWING
nl
7