Wilo -Economy MHIE 1 Instrucciones De Instalación Y Funcionamiento página 40

Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 51
Nederlands
1 Algemeen
1.1 Toepassingen
Pompen voor het transport van heldere vloei-
stoffen in de woonsector, landbouw en industrie.
Aanzuigen uit een fontein, bron, rivier, vijver, ...
niet te gebruiken bij geslagen putten.
1.2 Technische gegevens
• Maximale bedrijfsdruk:
• Maximale toevoerdruk:
• Temperatuurbereik:
- uitvoering met afdichtingen en inzetstukken
van EPDM*:
- 15°C tot + 110°C
- uitvoering met afdichtingen en inzetstukken
van VITON:
- 15°C tot + 90°C
• Aanzuighoogte:
afhankelijk van de NPSH van de pomp
• Omgevingstemperatuur (standaard):
+ 40°C (neem bij hogere temperaturen contact
op met de Wilo-klantendienst)
• Geluidsniveau 50/60Hz 0/+3 dB(A): 66
*Toepassing voor tapwater: WRAS: Engelse norm,
KTW: Duitse norm.
2 Veiligheid
Deze inbouw- en bedieningsvoorschriften
bevatten fundamentele aanwijzingen die bij de
installatie en inbedrijfname in acht moeten wor-
den genomen. Daarom dienen deze inbouw- en
bedieningsvoorschriften altijd voor de montage
en inbedrijfname door de monteur en de verant-
woordelijke gebruiker te worden gelezen. Niet
alleen de algemene veiligheidsaanwijzingen in dit
hoofdstuk over Veiligheid, maar ook de speciale
veiligheidsaanwijzingen in de volgende hoofd-
stukken dienen in acht te worden genomen.
2.1 Aanduidingen van aanwijzingen in de gebruiks-
handleiding
De veiligheidsaanwijzingen in deze inbouw- en
bedieningsvoorschriften, die bij niet-naleving een
gevaar voor personen kunnen vormen, worden
met het algemene gevarensymbool,
bij een waarschuwing voor elektrische spanning
met
duidelijk aangegeven.
Bij veiligheidsaanwijzingen, waarvan de niet-na-
leving een gevaar kan vormen voor de installatie
en haar werking, wordt het woord
OPGELET!
weergegeven.
2.2 Personeelskwalificatie
Het personeel voor de montage moet over de
juiste kwalificatie voor deze werkzaamheden
beschikken.
2.3 Gevaren bij de niet-naleving van de veilig-
heidsaanwijzingen
De niet-naleving van de veiligheidsaanwijzingen
kan tot gevaren voor personen en de pomp/
40
• uitvallen van belangrijke functies van de pomp/
• gevaar voor personen door elektrische, mechani-
10 bar
• materiële schade.
6 bar
2.4 Veiligheidsaanwijzingen voor de gebruiker
2.5 Veiligheidsaanwijzingen voor inspectie- en
2.6 Eigenmachtige ombouw en vervaardiging van
2.7 Ongeoorloofde gebruikswijzen
3 Transport, gebruik en opslag
OPGELET!
OPGELET!
installatie leiden. De niet-naleving van de veilig-
heidsaanwijzingen kan ertoe leiden dat alle garan-
tieaanspraken komen te vervallen.
De niet-naleving kan bijvoorbeeld de volgende
gevaren veroorzaken:
installatie,
sche of bacteriologische invloeden,
De bestaande voorschriften voor de ongevallen-
preventie dienen in acht te worden genomen.
Gevaar door elektrische energie moet worden
uitgesloten. Voorschriften van de VDE (Verband
der Elektrotechnik Elektronik und Informations-
technik e.V.) en de plaatselijke energiebedrijven
dienen in acht te worden genomen.
montagewerkzaamheden
De gebruiker dient ervoor te zorgen dat alle
inspectie- en montagewerkzaamheden worden
uitgevoerd door bevoegd en gekwalificeerd vak-
personeel dat door het lezen van de inbouw- en
bedieningsvoorschriften over voldoende kennis
beschikt.
Werkzaamheden aan de pomp/installatie mogen
in principe alleen bij stilstand worden uitgevoerd.
reserveonderdelen
Wijzigingen in de pomp/installatie zijn alleen toe-
gestaan na overleg met de fabrikant. De originele
reserveonderdelen en het door de fabrikant goed-
gekeurde toebehoren dienen voor de veiligheid.
Door het gebruik van andere onderdelen kan de
aansprakelijkheid voor de hieruit voortvloeiende
gevolgen vervallen.
De bedrijfszekerheid van de geleverde pomp/
installatie kan alleen worden gegarandeerd als
deze volgens de voorschriften conform paragraaf
1 van de inbouw- en bedieningsvoorschriften
wordt gebruikt. Houd u strikt aan de in de catalo-
gus resp. het specificatieblad aangegeven grens-
waarden.
Controleer de pomp/installatie direct na levering
op transportschade. Schade dient onmiddellijk
binnen de voorgeschreven termijn te worden
gemeld bij de leverancier.
Indien het materiaal later moet worden
ingebouwd, moet het op een droge plek
worden opgeslagen. Het materiaal moet
worden beschermd tegen stoten en alle
invloeden van buitenaf (vocht, vorst,
etc.).
Behandel de pomp voorzichtig, zodat de geome-
trie en uitlijning van de installatie niet veranderen.
De pomp mag in geen geval aan de fre-
quentie-omvormer worden opgetild.
WILO SE 09/2021
Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido