3. AFDICHTINGEN INSTALLEREN EN LEIDINGEN AANSLUITEN
3-1. VOORZORGSMAATREGELEN VOOR APPARATEN DIE GEBRUIKMAKEN VAN R32-KOELSTOF
• Gebruik esterolie, etherolie of alkylbenzeen (in kleine hoeveelheden) als koelolie om de aansluitingsoppervlakken af te dichten.
• Gebruik fosforhoudende, zuurstofarme, naadloze C1220-pijpen van koper of koperlegeringen als koelstofpijpen. Gebruik koelstofpijpen van de in de
onderstaande tabel aangegeven dikte. Controleer of de binnenkant van de pijpen schoon is en vrij van schadelijke stoffen zoals zwavelverbindingen,
oxidanten, vuil of stof.
Gebruik altijd niet-oxiderend soldeer wanneer u de pijpen soldeert, anders raakt de compressor beschadigd.
WAARSCHUWING:
Gebruik bij het installeren of verplaatsen van het apparaat uitsluitend de voorgeschreven koelstof (R32) voor het vullen van de koelstofpijpen.
Meng de koelstof niet met andere koelstoffen en let erop dat er geen lucht in de pijpen achterblijft.
Als de koelstof wordt gemengd met lucht, kan dit een uitzonderlijk hoge druk in de koelstofpijp tot gevolg hebben. Dit kan resulteren in explosie-
gevaar en andere gevaren.
Als er een andere koelstof wordt gebruikt dan de voorgeschreven koelstof, heeft dit mechanische storingen, storingen van het systeem of uitval-
len van het apparaat tot gevolg. In het ergste geval kan de veiligheid van het product ernstig in gevaar komen.
Afmeting pijp (mm)
ø6,35 ø9,52 ø12,7 ø15,88 ø19,05 ø22,2 ø25,4 ø28,58
Dikte (mm)
0,8
0,8
• Gebruik geen dunnere pijpen dan hierboven aangegeven.
• Gebruik 1/2 H- of H-leidingen als de diameter 19,05 mm of groter is.
• Zorg voor adequate ventilatie ter voorkoming van ontsteking. Voer ook brandpreventiemaatregelen uit zodat er zich geen gevaarlijke of brandbare objec-
ten in de omgeving bevinden.
3-2. AFDICHTING
1) Snijd de koperen leiding op de juiste wijze af met een pijpsnijder. (Fig. 1, 2)
2) Verwijder alle bramen van het gedeelte waar de leiding is afgesneden. (Fig. 3)
• Houd de koperen leiding omlaag en verwijder de bramen. De bramen mo-
gen niet in de leiding vallen.
3) Verwijder de flensmoeren die op de binnen- en buitenunit zijn bevestigd, en
schuif ze op de ontbraamde leiding. (Ze zijn niet meer te plaatsen nadat de
afdichting gemaakt is.)
4) Afdichting (Fig. 4, 5). Draai de koperen leiding volgens de in de tabel ge-
toonde waarden stevig vast. Selecteer A mm uit de tabel volgens het gekozen
gereedschap.
5) Controleer
• Vergelijk de gemaakte afdichtflens met Fig. 6.
• Als de afdichtflens niet juist lijkt te zijn, snijd dan het flensgedeelte van de
leiding af en maak de afdichting opnieuw.
Koppelings-
Diameter
Moer
Koppelings-
gereedschap
leiding (mm)
(mm)
gereedschap
voor R32,
voor R22
R410A
ø6,35 (1/4")
17
ø9,52 (3/8")
22
0 - 0,5
1,0 - 1,5
ø12,7 (1/2")
26
ø15,88 (5/8")
29
3-3. DE LEIDINGEN AANSLUITEN
• De diameter van de aangesloten leidingen is afhankelijk van de modellen en
capaciteiten van de binnenunits.
Capaciteit binnenunit
Diameter vloeistofleiding
Binnenunit: M-serie
Diameter gasleiding
Diameter vloeistofleiding
Binnenunit: S-serie
Diameter gasleiding
Diameter vloeistofleiding
Binnenunit: P-serie
Diameter gasleiding
*1 Gebruik een verloopstuk als de verbinding van de binnenunit afwijkt.
• Pas het aanhaalkoppel in bovenstaande tabel toe voor de aansluiting op de
pijpverbindingen van de binnenunit, en gebruik bij het vastdraaien twee sleutels.
Te strak aandraaien beschadigt de afdichtflens.
1) Breng een dun laagje koelolie (G) aan op de flensuiteinden van de leidingen
en de leidingverbindingen van de buitenunit. Breng geen koelolie aan op de
schroefdraden. Een te groot aanhaalkoppel zal de schroef beschadigen.
2) Lijn het midden van de leiding uit met het midden van de leidingverbindingen
van de buitenunit en draai de flensmoer 3 à 4 slagen aan met de hand.
3) Draai de flensmoer met een momentsleutel vast zoals voorgeschreven in de tabel.
• Te strak aandraaien kan schade aan de flensmoer veroorzaken met lekkage
van koelmiddel tot gevolg.
• Wikkel isolatie om de leidingen. Direct contact met ontblote leidingen kan
brandwonden of bevriezing veroorzaken.
3-4. ISOLATIE EN TAPE
1) Bedek de leidingverbindingen met afdekkingen voor leidingen.
2) Isoleer beslist alle leidingen die buiten lopen, inclusief de kranen.
3) Omwikkel de verbindingsleiding met leidingtape (E), te beginnen bij de ingang
van de buitenunit.
• Zet het einde van de leidingtape (E) vast met tape (voorzien van plakmiddel).
• Wanneer leidingen boven het plafond, door een kast of via andere warme en
vochtige plaatsen komen te lopen, wikkel er dan extra in de handel verkrijgbare
isolatie omheen om condensatie te voorkomen.
0,8
1,0
1,0
1,0
A (mm)
Aanhaalkoppel
Vleugelmoer-
gereedschap
N•m
kgf•cm
voor R22
13,7 - 17,7 140 - 180
1,5 - 2,0
34,3 - 41,2 350 - 420
49,0 - 56,4 500 - 575
2,0 - 2,5
73,5 - 78,4 750 - 800
15 ~ 25
35 ~ 42
ø6,35
ø6,35
ø9,52
ø9,52
ø6,35
ø6,35
ø9,52
ø9,52
-
ø6,35
-
ø12,7
1,0
1,0
Koperen leiding
Braam
Koperen leiding
Extra ruimer
Pijpsnijder
Koperen
leiding
Matrijs
Flensmoer
50
60
ø6,35
ø6,35
ø9,52 *1
ø12,7
ø6,35
ø6,35
ø12,7
ø15,88
ø6,35
ø9,52
ø12,7
ø15,88
WAARSCHUWING
Als u het apparaat installeert, zet de
koelmiddelleidingen dan stevig vast
voordat u de compressor start.
VOORZICHTIG
Zet de moeren van ongebruikte ope-
ningen goed vast.
Correct
Onjuist
Krom Oneffen Bramen
Fig. 1
Fig. 2
Flensgereedschap
Vleugel-
Bank-
moertype
schroeftype
Fig. 3
Fig. 4
Binnenkant
Rondom glad
glanst en heeft
geen krassen.
Rondom de-
zelfde lengte
Fig. 5
Fig. 6
Du-8