Gebruiksaanwijzing
1. LCD-monitor
2. Demptoets
3. AV-toets
4. 4:3 toets
5. Sensor IR-bediening
1. Druk de Aan-/uittoets (9) om de monitor in the schakelen.
2. Druk de AV toets (3) om de juiste camera-aansluiting in te stellen.
3. Druk de Menutoets (7) om naar de submenu's te navigeren.
De volgende submenu's worden weergegeven:
•
Scherminstellingen: "Bright", "Contrast", "Colour" of "Hue" Stel de scherminstellingen in met de
+ (8) of – (6) toets.
•
"Wisselende AV stand"
Selecteer de camera's die in de automatische stand achtereenvolgens worden getoond. Druk
de + of – toets om te wisselen tussen camera's en de Menutoets om een camera te selecteren
of de selectie ongedaan te maken.
"√" geeft aan dat deze camera is geselecteerd.
"ο" geeft aan dat deze camera niet is geselecteerd.
•
"Tijdgeschakeld"
Verleng of verkort het tijdsinterval voor de automatische stand met de + of – toets.
4. Zet de schakelaar voor Auto/Handmatig (10) op "auto" om automatisch te wisselen tussen de
geselecteerde camera's.
Als de AV toets wordt gedrukt, toont de handmatige wisselstand de beelden van alle
camera's, inclusief camera's die zijn ingesteld op "ο".
5. Druk de 4:3 toets (4) om de beeldverhouding te wijzigen.
6. Druk de Demptoets (2) om het geluid in of uit te schakelen.
Om deze functie te kunnen gebruiken dient de microfoon op de camera ingeschakeld te
zijn.
6. − toets
7. Menutoets
8. + toets
9. Aan-/uittoets
10. Schakelaar Auto/handmatig
17