7.1.2 Station boven punt instellen
1. Stationeringstype selecteren
2. Stationspunt selecteren
3. Oriëntatiepunten selecteren
Terugkeren naar vorige dialoog
@
Bij gebruik van hoogten kan een nieuwe hoogte
;
worden ingesteld (ook nog na het afsluiten van
de stationering)
Dialoog bevestigen
=
Gebruik van hoogten in- en uitschakelen
%
Selecteren van puntsysteem
&
Terugkeren naar vorige dialoog
@
Dialoog voor het meten van de referentiepunten
;
starten
Berekening starten (pas mogelijk nadat min-
=
stens een oriëntatiepunt is gemeten)
Stationspunt selecteren
%
Instrumenthoogte instellen
&
Terugkeren naar vorige dialoog
@
Instellen van de oriëntatiehoek (alleen de hoek
;
wordt ingesteld en er wordt geen afstandsme-
ting uitgevoerd)
Meting ten opzichte van het oriëntatiepunt acti-
=
veren
Dialoog bevestigen
%
Oriëntatiepunt selecteren
&
Reflectorhoogte instellen
(
nl
187