Anleitung_BT_LC_700_1_D_SPK2__ 23.06.14 08:35 Seite 38
NL
en het zaagblad moet vrij kunnen roteren.
De hele machine en alle kabels controleren op
n
eventuele transportschade.
Zaagblad controleren op vaste zitting, vervuiling,
n
beschadigingen en scherpte. Botte zaagbladen
bijslijpen of vervangen.
Alle schroefverbindingen controleren op vaste
n
zitting.
Spleetelementen (18) controleren op slijtage en
n
eventueel vervangen.
De toevoerwip (6) moet door de veer (10)
n
automatisch terugkeren in zijn uitgangspositie.
Controleer de machine op eventuele vreemde
n
voorwerpen die eruit geslingerd kunnen worden.
De stroombron moet met een FI-schakelaar met
n
een differentiaalstroom van 30mA beveiligd zijn.
Vergewis u er vóór het aansluiten van de machine
n
van dat de gegevens op het typeplaatje
overeenkomen met de netgegevens.
Belangrijk: Er moet rekening worden gehouden
n
met de draairichting van de motor (1). Daarvoor
de motor kort in- en weer uitschakelen. Het
zaagblad moet vanuit de linkerkant gezien met de
klok mee draaien. (Zie draairichtingspijl op het
zaagblad.) Als dit niet het geval is, dan moet met
behulp van de faseverandering aan de
aansluitstekker de draairichting gecorrigeerd
worden. Daarvoor met een schroevendraaier de
faseverandering (15) in de aansluitstekker 180º
draaien. Opgelet (zie afb. 4).
Voorzichtig: Tijdens het bedrijf moeten andere
n
personen absoluut voldoende afstand tot de zaag
bewaren!
Het is niet toegestaan om meerdere stukken hout
n
of bundels tegelijkertijd te zagen
verwondingsgevaar! Gebogen stukken hout zo in
de toevoerwip leggen, dat de naar buiten gebogen
kant naar het zaagblad wijst.
De toevoerwip (6) voor het zaaggoed is voorzien
n
van weerhaken (19), die verhinderen dat het
snijgoed draait.
Vergewis u er voordat u de in-/uitschakelaar (7)
n
activeert, van dat het zaagblad (4) juist
gemonteerd is en dat bewegende delen licht
lopen.
De transportvergrendeling moet anders worden
n
gepositioneerd alvorens met de zaag te beginnen
werken. Te dien einde de transportvergrendeling
(11) naar de buitenkant van de zaag draaien tot het
gat zich boven de schroefdraad bevindt en
vastschroeven met de schroef (14). De
transportvergrendeling met steunvoet (11)
voorkomt dan het wegkantelen naar buiten van de
toevoerwip (6) met het zaaggoed.
38
7. Bediening / Bedrijf
7.1 Zagen (afb. 5, 7)
Leg het zaaggoed in de toevoerwip.
n
Door de groene toets (16) in te drukken kan de
n
zaag worden ingeschakeld. Wacht tot het
volledige toerental is bereikt.
De wip met beide handen aan de handgreep (8)
n
vastpakken en naar het zaagblad (4) leiden.
Door op de wip te drukken wordt het zaagblad
n
vrijgegeven door de zaagbladbescherming (3).
Druk slechts zo hard op de toevoerwip, dat het
n
motortoerental niet afneemt.
Na het snijden de wip weer volledig terugbrengen
n
in de uitgangspositie.
Afgezaagd snijgoed verwijderen uit de wip.
n
Om de zaag weer uit te schakelen moet de rode
n
toets „0" (17) worden ingedrukt. Opgelet: Tijdens
het remproces mag de machine nooit opnieuw
ingeschakeld worden!
Aanwijzing: Als het zaaggoed niet in één keer
n
kan worden doorgezaagd, dan moet het
zaaggoed gedraaid worden (keersnede).
Daarvoor de toevoerwip terugbrengen in de
uitgangspositie, het zaaggoed langs de snede
draaien en de snede opnieuw uitvoeren.
Voorzichtig: Als het zaagblad (4) na max. 10
n
seconden niet tot stilstand komt, dan moet de
schakelaar door een erkende elektricien
gecontroleerd en eventueel vervangen worden.
Trek na beëindiging van het werk onmiddellijk de
n
netstekker eruit! Verlaat de machine nooit zonder
de netstekker eruit te trekken en de machine te
beveiligen tegen onopzettelijk inschakelen!
7.2. Zaagblad vervangen (afb. 8-14)
Opgelet: Netstekker eruit trekken!
Zaagblad vóór het vervangen laten afkoelen!
Voor de reiniging van het zaagblad geen
brandbare vloeistoffen gebruiken.
Draag bij het hanteren van zaagbladen altijd
werkhandschoenen. Verwondingsgevaar!
Schroef (20) aan de afdekplaat (21) verwijderen
n
en de afdekplaat naar beneden klappen.
Draai de schroef (A) op de geleidebuis (12) van de
n
terughaalveer (10) los (zie fig. 9). Verwijder dan de
schijf (23). Klap dan de hele toevoerwip (6) omlaag
en leg haar op de grond.
Steek de vergrendelingsbout (24) het gat (34) in
n
de vaststaande zaagbladbescherming (2) in dat
het dichtst bij de flens (25) ligt en controleer of het
zaagblad (4) vastgezet is. Der vergrendelingsbout
(24) moet helemaal doorheen de vaststaande
zaagbladbescherming (2) worden gestoken en
aan de andere kant te zien zijn.
Flensschroef (26) tegen de klok in losdraaien.
n