4.
INVLOED VAN VERONTREINIGING
De verontreiniging die normaal in olie wordt gevonden, wordt
veroorzaakt door oxydatie en de opbouw van zuur. Dit gebeurt tijdens
het normaal draaien van een motor en in de uitlezing moet een
stapsgewijze groei gedurende een bepaalde periode of afstand te
zien zijn. Andere verontreiniging is meestal het gevolg van
overmatige slijtage of mechanische storingen, en bestaat meestal uit,
vuil, roet, brandstof, water, anti-vries en metaaldeeltjes. Deze
elementen maken de uitlezing van de OilCheck significant hoger en
zijn een onmiddellijke waarschuwing voor een mogelijke toekomstige
storing.
1. Verontreiniging door water en anti-vries zullen een grote
verandering in de uitlezing veroorzaken, de segmenten zullen ver
in het rood gaan.
2. Metaaldeeltjes zullen ook een extreme uitlezing veroorzaken.
De display gaat in kleine sprongen omhoog wanneer de deeltjes
zich op het oppervlak van de sensor vastzetten.
3. Het is moeilijker om de aanwezigheid van brandstof aan te tonen,
omdat brandstof de aanwezigheid van andere verontreiniging
vaak verbergt. Als de olie alleen door brandstof is verontreinigd,
geeft de display een hogere uitlezing in het rood aan, maar de
aanwezigheid van water en metaaldeeltjes zullen soms de
brandstof neutraliseren en een uitlezing in het groene gebied
geven. Wanneer een motorolie na geruime tijd nog steeds geen
toename van de uitlezing geeft, moet de mogelijkheid van
vervuiling door brandstof worden onderzocht.
4. Verandering in de viscositeit van de olie zal resulteren in een
langzame vermindering van de diëlektrische constante die
moeilijk op te sporen is.
5. Verandering in de zuurgraad zal de diëlektrische sterkte op een
waarneembare manier verminderen.
58
OilCheck
SKF TMEH 1