Anleitung KGST 210-1_SPK2:Anleitung KGST 210/1
NL
7. Bediening
Na elke nieuwe afstelling is het aan te raden een
proefsnede uit te voeren om de afgestelde
afmetingen te controleren.
Let op: de machine is voorzien van een
overbelastingsschakelaar (b) (Fig. 17). Bij
overbelasting wordt de machine automatisch
stilgelegd. Om de machine dan terug in te
schakelen dient u enkele minuten te wachten om
de machine te laten afkoelen. Daarna de
overbelastingsschakelaar (b) opnieuw indrukken
en de machine is weer bedrijfsklaar.
7.1 Gebruik als tafelcirkelzaag (fig. 1-9)
Zaag op tafelbedrijf afstellen (zie 6.2.2). Let op bij
het insnijden.
7.1.1 Aan-/uitschakelaar (fig. 4)
De zaag kan worden aangezet door de groene
toets (a) in te drukken.
Wacht met het zagen tot het zaagblad (5) zijn
maximumtoerental heeft bereikt.
De zaag wordt afgezet door de rode toets (b) in
te drukken.
7.1.2 Snijdiepte afstellen (fig. 2)
Vastzetmoer (15) losdraaien en zaagtafel (16) op
de nodige snijdiepte afstellen. Het zaagblad (5)
moet nog enkele mm boven het te zagen goed
uitsteken.
Vastzetmoer (15) opnieuw vastdraaien.
7.1.3 Uitvoering van langssneden (fig. 4)
Kartelschroef (25) losdraaien en dwars-,
parallelaanslag (18) op 90° afstellen, schroef (25)
opnieuw aanhalen.
Parallelaanslag (18) van rechts inschuiven in de
voorste gleuf van de zaagtafel (16).
De beide kartelschroeven (26) losdraaien.
Aanslagrail (27) voorschuiven tot achter het
midden van het zaagblad (5) en arrêteren.
Parallelaanslag (18) op de zaagtafel (16)
afstellen op de gewenste maat dmv. de schaal
(c) en vastklemmen met de vastzetschroef (28).
Zaag aanzetten door de groene toets (a) in te
drukken.
Werkstuk langzaam en precies langs de
parallelaanslag (18) naar het zaagblad (5)
vooruitschuiven.
De bovenste zaagbladbescherming (17) gaat
vanzelf open naarmate het te zagen goed vooruit
wordt geschoven.
Let op !
28
08.12.2006
Bij werkstukbreedten van onder 120 mm moet
zeker in het gebied van het zaagblad (5) een
schuifstok (29) worden gebruikt. (zie fig. 5) (bij de
levering begrepen !) Bij werkstukbreedten van
onder 30 mm moet een schuifhout (d) voor het
vooruitschuiven worden gebruikt (fig. 6).
Schuifhout niet bij de levering begrepen !
(Verkrijgbaar in de gespecialiseerde handel)
(fig. 7).
Het te snijden goed altijd doorschuiven tot aan
het einde van de spleetspie (30).
Na het snijden gaat de beschermkap (17) vanzelf
weer dicht en dekt het zaagblad (5) af.
Zaag weer uitschakelen.
Let op ! Lange werkstukken tegen neerkantelen
aan het einde van het snijden beveiligen. (b.v.
afrolstandaard etc.)
7.1.4. Uitvoering van dwarssneden (fig. 8/9)
Parallelaanslag (18) van voren inschuiven in de
zijgleuf van de zaagtafel (16).
Vastzetschroef (28) aanhalen tot de
dwarsaanslag (18) met geringe speling in de
groef van de zaagtafel (16) kan worden
bewogen.
Kartelschroef (25) losdraaien en dwarsaanslag
(18) op de gewenste hoekmaat afstellen en
arrêteren.
De beide kartelschroeven (26) losdraaien en
aanslagrail (27) naar links schuiven tot deze bij
het vooruitschuiven niet meer de
zaagbladbescherming (17) raakt. Schroeven (26)
opnieuw aanhalen.
Zaag aanzetten.
Het te snijden goed vast tegen de aanslagrail
(27) duwen en samen met de dwarsaanslag (18)
langzaam het zaagblad (5) in schuiven teneinde
de snede uit te voeren.
Na het snijden de zaag weer uitschakelen.
7.2. Gebruik als kapzaag
Zaag op kapbedrijf afstellen (zie 6.2.1).
7.2.1 Afstellingen (fig. 2/3)
De machinekop kan met behulp van de
zeskantsleutel (19) naar links op maximaal 45°
worden schuin gesteld door de spanschroef (22)
los te draaien.
De draaitafel (8) is verstelbaar van -45° tot +45°
door de vastzetschroeven (10) los te draaien.
7.2.2 Aan-/uitschakelaar (fig. 2)
De zaag wordt in bedrijf gesteld door de aan-
/uitschakelaar (3) in te drukken. Tijdens het zagen
moet u de schakelaar blijven indrukken.
14:26 Uhr
Seite 28