Als u de apparatuur langdurig gebruikt, raden wij aan de inbegrepen AC adapters als voedingsbron te
gebruiken.
BEDIENING
Kanaalinstelling
Deze babyfoon heeft twee kanalen, A en B. Beide apparaten zijn door de fabrikant al vooringesteld op
kanaal A.
Open de batterijhouder van de zender en ontvanger door het schroefje op het klepje te verwijderen.
De kanaalschakelaar is in de batterijhouder geplaatst om te voorkomen dat het kanaal per ongeluk
wordt gewijzigd.
De instelling van de kanaalschakelaar moet voor beide apparaten hetzelfde zijn.
Als u via het geselecteerde kanaal andere stemmen of geluiden kunt horen op de ontvanger, dient u
de kanaalschakelaar op het andere kanaal in te stellen om interferentie te voorkomen.
De zender (Babyeenheid)
•
Plaats de zender minstens 2 meter van de baby vandaan voor optimale stemdetectie.
•
Selecteer overdrachtkanaal A of B met de kanaalschakelaar.
•
Schakel de zender in met de HOOG/LAAG/UIT schakelaar op de zijkant van de zender. De aan/uit
LED dient AAN te schakelen.
•
Stel de microfoongevoeligheid in op hoog niveau door de schakelaar op de HOOG stand te zetten.
Beweeg de schuifschakelaar naar de LAAG stand om de microfoongevoeligheid op laag niveau in
te stellen.
HOOG = vol bereik
LAAG = gereduceerd bereik (om elektrische interferentie te onderdrukken)
Zelfs de zwakste geluiden worden op de hoogste gevoeligheid opgevangen, en op de lagere
gevoeligheid worden alleen luide geluiden overgedragen.
•
De zender zal de babygeluiden automatisch oppikken en onmiddellijk naar de ontvanger
doorsturen.
•
De VOX (Stemactivering) gevoeligheid kan worden afgesteld door de schakelaar bovenop de
zender te draaien.
•
De zender is alleen actief wanneer het geluiden opvangt. Deze functie elimineert onnodige
elektrische interferentie.
•
Het nachtlichtje kan handmatig AAN en UIT worden geschakeld, of op AUTO worden ingesteld als
u wilt dat het nachtlampje door VOX (geluid) wordt geactiveerd. De schakelaar zit op de onderzijde
van het apparaat.
De ontvanger (Oudereenheid)
•
Schakel de ontvanger in via de AAN/UIT schakelaar op de zijkant van de ontvanger. De aan/uit
LED dient AAN te schakelen.
•
Selecteer overdrachtkanaal A of B met de kanaalschakelaar binnenin de batterijhouder. Stel dit in
op hetzelfde kanaal als dat van de zender.
•
Draai de volumeschakelaar totdat u het gewenste geluidsniveau krijgt.
•
De 5 LED's geven de intensiteit aan van het ontvangen geluid.
Bereikregeling
De ontvanger is uitgerust met optische bereikregeling. Als het signaal vanaf de zender niet langer
goed kan worden ontvangen, zullen beide rode LED's op de reeks LED's van de ontvanger knipperen.
21