Nederlands
Bougie (Afb. 28)
De toestand van de bougie wordt negatief beïnvloed door:
○ een verkeerde afstelling van de carburateur
○ een vuil luchtfi lter
○ zware werkomstandigheden (bijv. kou)
○ Te veel motorolie
Deze factoren veroorzaken afzettingen op de elektroden van de
bougie, wat kan leiden tot storingen en startproblemen. Als de
motor vermogen tekort komt, moeilijk start of slecht stationair loopt,
controleer dan eerst de bougie. Als de bougie vuil is, maak hem dan
schoon en controleer de afstand tussen de elektroden. Corrigeer
de afstand indien nodig. De juiste afstand is 0,6 mm. De bougie
moet elke 100 bedrijfsuren vervangen worden, of eerder, als de
elektroden weggevreten zijn.
OPMERKING
In sommige gebieden is een bougie met een weerstand vereist
om de machine te ontstoren. Als deze machine oorspronkelijk
voorzien
was
van
een
ontstoringsweerstand, dient u ter vervanging gebruik te maken
van hetzelfde type bougie.
Hoekoverbrenging (Afb. 29)
Controleer om de 50 bedrijfsuren of de hoekoverbrenging of de
hoekkoppeling genoeg ingevet zijn door de dop van het vetfi lter aan
de zijkant van de hoekoverbrenging te verwijderen.
Als er geen vet aan de fl anken van de tandwielen te zien is, vul de
overbrenging dan voor 3/4 met universeel vet op basis van lithium
van goede kwaliteit. Vul de overbrenging nooit helemaal.
Semi-automatische snijkop
Vervangen van de nylondraad
(1) Verwijder de behuizing (23) door de vergrendellippen stevig
met uw duimen naar binnen te drukken zoals aangegeven in
Afb. 30.
(2) Na het verwijderen van de behuizing neemt u de haspel naar
buiten en gooit het resterende snoer weg.
(3) Vouw het nieuwe nylonsnoer ongelijk in de helft zoals
aangegeven in de afbeelding.
Haak het U-vormige uiteinde van het nylonsnoer in de groef
(24) in de middelste afscheiding van de haspel.
Wikkel beide helften van het snoer in dezelfde richting op de
haspel, waarbij u elke helft van het snoer aan de eigen kant van
de afscheiding houdt. (Afb. 31)
(4) Duw elk snoer in de stoppergaten (25) met losse uiteinden van
ongeveer 10 cm lengte. (Afb. 32)
(5) Steek beide losse uiteinden van het snoer door de
snoergeleider (26) bij het plaatsen van de haspel in de
behuizing. (Afb. 33)
OPMERKING
Bij het plaatsen van de haspel in de behuizing probeert u
de stoppergaten (25) zo veel mogelijk uit te lijnen met de
snoergeleider (26) zodat het snoer later gemakkelijk kan
worden afgerold.
(6) Plaats de kap over de behuizing zodat de vergrendellipjes
op de behuizing in de lange gaten van de kap vallen. Druk
vervolgens stevig op de behuizing zodat deze op de plaats
vastklikt. (Afb. 34)
(7) De eerste snijlengte van het snoer moet ongeveer 11–14 cm zijn
en dient aan beide kanten gelijk te zijn. (Afb. 35)
Mesblad (Afb. 36)
WAARSCHUWING
Draag beschermende handschoenen als u het mesblad
aanraakt of onderhoudt.
○ Gebruik een scherp mesblad. Een bot mesblad gaat eerder
vast of klem zitten. Vervang de bevestigingsmoer als deze
beschadigd is en moelijk vastgedraaid kan worden.
○ Als u het mesblad vervangt, koop dan een door Hitachi
aanbevolen mesblad met een pasgat van 25,4 mm (één inch).
56
bougie
met
een
ingebouwde
○ Als u een mesblad met 3 tanden (27) monteert, kan dit aan elke
kant gebruikt worden.
○ Gebruik het juiste mesblad voor elk soort werk.
○ Gebruik het juiste gereedschap wanneer u het mesblad
vervangt.
○ Als de snijranden bot worden, slijp of vijl ze dan zoals
afgebeeld. Niet correct geslepen randen kunnen hevige
vibraties veroorzaken.
○ Gooi mesbladen weg die verbogen, gebarsten, gebroken of
anderszins beschadigd zijn.
OPMERKING
Bij het slijpen van een mesblad moet de originele vorm van de
radius aan de basis van de tand behouden blijven om barsten
te voorkomen.
Onderhoudsschema
Hieronder treft u nog enkele algemene onderhoudsinstructies aan.
Neem voor verdere informatie contact op met een offi cieel Hitachi
servicecentrum.
Dagelijks onderhoud
○ Maak de buitenkant van de machine schoon.
○ Controleer of de draaggordel niet beschadigd is.
○ Controleer de bescherming van het snijgereedschap op
beschadiging of scheuren. Vervang de bescherming als deze
beschadigd is of scheuren vertoont.
○ Controleer of het snijgereedschap correct gecentreerd en
scherp is en geen scheuren vertoont. Niet correct gecentreerd
snijgereedschap veroorzaakt hevige vibraties die de machine
kunnen beschadigen.
○ Controleer of de moer van het snijgereedschap goed
vastgedraaid is.
○ Controleer of de mesblad-transportbescherming onbeschadigd
is en goed blijft zitten.
○ Controleer of alle bouten en moeren goed vast zitten.
○ Controleer de hoeveelheid en de toestand van de motorolie.
○ Controleer of het toestel onbeschadigd is en vrij van gebreken.
Wekelijks onderhoud
○ Controleer de trekstarter, in het bijzonder het koord en de
terugspringveer.
○ Maak de buitenkant van de bougie schoon.
○ Verwijder de bougie en controleer de afstand tussen de
elektroden. Corrigeer deze afstand tot 0,6 mm of vervang de
bougie.
○ Controleer of de hoekoverbrenging voor 3/4 met vet gevuld is.
○ Maak het luchtfi lter schoon.
Maandelijks onderhoud
○ Spoel de brandstoftank met benzine.
○ Maak de buitenkant en de omgeving van de carburateur
schoon.
○ Maak de ventilator en de omgeving ervan schoon.