5
Bedrijf
5.1 Ingebruikname
Deze gebruiksaanwijzing moet iedere persoon die
met de bediening van de machine is belast, ter
kennisname worden doorgegeven, waarbij vooral
attent dient te worden gemaakt op het hoofdstuk
"Veiligheidsinstructies".
5.2 In- en uitschakelen
Inschakelen: druk eerst de vergrendelknop 1
(afb. 2) en bedien daarna schakelaar 2.
Uitschakelen: voor het uitschakelen laat de
schakelaar los.
5.3 Instelling van de snijdiepte
De snijdiepte laat zich in een bereik tussen 0 en 49,5
mm traploos instellen.
Hiervoor gaat u op de volgende manier te werk:
Maak de klemhendel 11 los (afb. 2).
Met de invalshendel 6 stelt u de snijdiepte in.
Deze kunt u op de schaal aan de vaste
beschermkap aflezen. Als wijzer dient hierbij de
schuine kant van de hendel.
Stel de snijdiepte steeds ca. 2 tot 5
mm groter dan de te snijden
materiaaldikte in.
5.4 Instelling voor schuinsneden
Het zaagaggregaat laat zich voor schuinsneden op
iedere willekeurige hoek van 0° tot 45° instellen. De
positie van de binnenste snijkant van het zaagblad
blijft bij het zwenken ongewijzigd.
Draai de vleugelschroef 10 los (afb. 2)
In overeenstemming met de schaal op het
zwenksegment stelt u de hoek in.
Vervolgens trekt u de vleugelschroef 10 vast.
5.5 Invalszagen
Gevaar
Terugslaggevaar bij invalszagen!
Voor het invallen leg de machine
met de achterste kant van de
grondplaat aan een aan het
werkstuk bevestigde aanslag aan.
Houdt bij het invallen de machine
aan de handgrendel goed vast en
schuif ze iets naar voren!
Om invalsneden te kunnen uitvoeren, worden
de beide aanslagbouten aan de onderkant van
het geleidingsrail verwijderd.
Maak de klemhendel 11 los (afb.2).
Zet de hendel 6 op schaal 7 in positie „-5".
Beweeglijke beschermkap met geïntegreerde
hendel 14 (afb. 1) geheel openen, zodat de
machine op het te bewerkende werkstuk kan
worden gezet. Het zaagblad loopt nu vrij over
het materiaal en kan voor de voortekening
worden uitgericht.
Druk de invalhendel 6 (afb. 2) naar beneden,
daardoor dringt het zaagblad het werkstuk
verticaal binnen. Hierbij is de invalsdiepte aan
schaal 7 af te lezen. Het spouwmes zwenkt bij
het invalsproces naar boven weg. Zodra bij het
voorwaartsbewegen van de machine de spleet
achter het zaagblad vrij wordt, keert het
spouwmes in zijn normale stand terug.
5.6 Zagen volgens tekening
met geleidingsrail
Bij het zagen volgens tekening dient de rechter kant
van de geleidingsrail als tekeningswijzer. Dit geldt
ook voor schuinsneden. Houdt alstublieft rekening
met gedeelte 5.4.
Plaats voor het zagen de geleidingsrail op het
werkstuk.
Schakel de machine in (zie hoofdstuk 5.2) en
schuif de machine gelijkmatig in snijrichting
vooruit.
Na het snijeinde schakel de zaag door loslaten
van schakelaar 2 (afb. 1) uit.
Trek de machine in de opgelegde toestand naar
de uitgangspositie terug en neem ze in die
positie
-50-
van
het
werkstuk.