• Open het product niet en gebruik het niet meer als het
beschadigd is.
• Probeer niet het product zelf te onderhouden of te
repareren. Laat onderhouds- en reparatiewerkzaamheden
door vakpersoneel uitvoeren.
• Het verpakkingsmateriaal mag absoluut niet in handen van
kinderen komen; verstikkingsgevaar.
• Het verpakkingsmateriaal direct en overeenkomstig de
lokaal geldende afvoervoorschriften afvoeren.
• Verander niets aan het toestel. Daardoor vervalt elke
aanspraak op garantie.
Waarschuwing – batterijen
• Let absoluut op de correcte polariteit (opschrift + en -)
van de batterijen en plaats deze dienovereenkomstig in
het batterijvakje. Indien de batterijen verkeerd worden
geplaatst kunnen deze gaan lekken of zelfs exploderen.
• Gebruik uitsluitend accu's (of batterijen), welke met het
vermelde type overeenstemmen.
• Reinig vóór het plaatsen van de batterijen de
batterijcontacten en de contacten in het product.
• Laat kinderen nooit zonder toezicht batterijen
vervangen.
• Gebruik geen oude en nieuwe batterijen tegelijkertijd
alsmede geen batterijen van een verschillende soort
of fabrikaat.
• Verwijder batterijen uit producten welke gedurende
langere tijd niet worden gebruikt. (behoudens indien
deze voor een noodgeval stand-by moeten blijven)
• De batterijen niet kortsluiten.
• De batterij niet opladen.
• De batterijen niet in vuur werpen.
• Batterijen buiten het bereik van kinderen opbergen.
• Batterijen nooit openen, beschadigen, inslikken of
in het milieu terecht laten komen. Zij kunnen giftige
en zware metalen bevatten die schadelijk zijn voor
het milieu.
• Lege batterijen direct uit het product verwijderen en
afvoeren.
• Vermijd opslag, opladen en gebruik bij extreme
temperaturen en extreem lage luchtdruk (bijv. op grote
hoogte).
4. Inbedrijfstelling
4.1 Meetstation
• Draai de schroef van het batterijvak (38) op de achterzijde
van het meetstation los en open het vak.
• Plaats twee AAA batterijen met de polen (+) en (-) in de
juiste richting en sluit het batterijvak (38) aansluitend weer
met de schroef.
Aanwijzing
Let erop dat bij de inbedrijfstelling te allen tijde als eerste
de batterijen in het meetstation en dan in het basisstation
worden geplaatst.
4.2 Basisstation
• Open het batterijvak (34) en plaats drie AA batterijen met
de polen (+) en (-) in de juiste richting. Sluit vervolgens
weer het deksel van het batterijvak.
5. Montage
Aanwijzing – montage
• Het is aanbevelenswaardig het basis- en meetstation
allereerst op de gewenste plaatsen van opstelling
zonder montage neer te zetten en alle instellingen
- zoals in
6. Gebruik en werking basisstation
beschreven - uit te voeren.
• Monteer pas na een correcte instelling en stabiele
draadloze verbinding het/de station/s.
Aanwijzing
• Het bereik van de draadloze verbinding tussen
het meet- en basisstation bedraagt in open veld
max. 100 m. Let vóór de montage erop dat de
draadloze verbinding niet door storende signalen
of obstakels zoals gebouwen, bomen, voertuigen,
hoogspanningskabels o.a. negatief wordt beïnvloed.
• Vergewis u vóór de definitieve montage ervan dat
er tussen de gewenste plaatsen van opstelling een
voldoende ontvangst c.q. stabiele draadloze verbinding
bestaat.
• Let bij de montage van het meetstation erop dat
dit tegen direct zonlicht en regen beschermd is
gepositioneerd.
• De internationale standaardhoogte voor het meten
van de luchttemperatuur bedraagt 1,25 m (4 ft) boven
maaiveld.
is
47